Vul de tijdbalk in met de gebeurtenissen vanuit het schema.
- Hoe doe je dit? Zoek de gebeurtenissen op in je boek (blz. 56 - 59) en kijk in welk jaar ze plaats vonden.
- Knip de gebeurtenissen uit het schema en plak ze in je tijdbalk. Geen schaar of lijm? Leen van een ander of schrijf over.
- Je mag in tweetallen samenwerken op fluister niveau. Ik wil het niet te luid hebben.
- Als je klaar bent laat je het aan mij zien en ga je de begrippen op blz. 68 overschrijven (begrippenlijst maken).