50e les

mercredi le 2 février
Bienvenue au cours de français!

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

mercredi le 2 février
Bienvenue au cours de français!

Slide 1 - Tekstslide

AUJOURD'HUI                         Vandaag

  • APP 1. 
    We kijken nog een keer
    naar de vlog over de Franse school
  • QUIZ 
  • Inhaal repetitie : vrijdag 4 februari 
  • de les is pas af als ik zeg dat jullie morgen inpakken.

Slide 2 - Tekstslide

APP 1 -->  Boek p. 86
  • Je gaat  nog een keer de vlog van David kijken.
  • Lees de antwoorden van exercice 2  p. 86
  • Welke Franse woorden verwacht je te horen in de vlog?  
  • Schrijf deze woorden in je schrift. 

  • voorbeeld in vraag 3 van exercice 2: 
     David vraagt aan Bram hoe hij naar school gaat? Antwoord: Met de fiets
    Deze Franse woorden kun je verwachten in de vlog:
    "comment" (hoe) "vélo"(fiets) "école" (school) of "collège" (middelbare school)

Slide 3 - Tekstslide

Welke Franse woorden verwacht je? Schrijf ze in je schrift. 
Voor antwoord 4 en 6 kijk APP 1 page 106     
timer
1:00
4 min  
helemaal stil
zelfstandig werken  
De (middelbare) school is ver. 

Slide 4 - Tekstslide

Voorbeelden van Franse woorden
  • Nieuwe woorden:
  • l'histoire - Histoire-géo
  • les mathématiques
  • le prof la prof 
  • l'anglais
  • strict (app2)
  • le cours (app4) = de les 
  • le cours de mathématiques
  • sérieux (app4) 
  • pourquoi= waarom (app 10)
  • bizarre - raar 
  • sympa (sympathique)
  • le collège est loin 
  • les vacances  
  • Bram est en vacances
  • David a école. David a cours. 
  • l'ami de/ le copain de David
  • tu connais? (unité 2)
  • parce que = omdat (unité 2)

Slide 5 - Tekstslide

Le couscous

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen
een collège en een lycée?
A
Als je in de onderbouw zit ga je naar het collège en als je in de bovenbouw zit naar het lycée.
B
Als je op de basisschool zit ga je naar het collège en als je op de middelbare school zit naar het lycée.
C
Als je in de onderbouw zit ga je naar het lycée en als je in de bovenbouw zit naar het collège.

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Link

Slide 9 - Tekstslide

Zitten in Frankrijk alle niveaus (vmbo, havo, vwo) bij elkaar? 
Wat is in het Franse systeem vergelijkbaar met de brugklas?  (leeftijd 12 jaar)

Slide 10 - Tekstslide

Als een Franse leerling een 14 heeft voor een toets, wat is dan het cijfer in Nederland?
A
een 7
B
een 8
C
een 10
D
een 1,4

Slide 11 - Quizvraag

Welk vak is EPS in Nederland?

A
beeldende vorming
B
levensbeschouwing
C
gymnastiek
D
muziek

Slide 12 - Quizvraag

Wat is NIET waar over het Franse onderwijssysteem?
A
Een Franse schooldag is langer dan een Nederlandse schooldag, maar de woensdag middag is vrij.
B
De meeste leerlingen eten iedere dag een warme maaltijd in de "cantine".
C
De zomervakantie heet "les grandes vacances" en duurt 2 maanden. (juli en augustus)
D
De Franse docenten zijn minder streng dan de Nederlandse docenten.

Slide 13 - Quizvraag

Wat is "la rentrée" ?
A
Het begin van de uitverkoop in de winkels na de zomer.
B
De eerste schooldag na de zomervakantie.
C
De eerste schooldag na IEDERE schoolvakantie.
D
Het begin van een groot sporttoernooi in Frankrijk na de zomer.

Slide 14 - Quizvraag

Wat is "la récré"
(afkorting van "recréation"?
A
De afkorting van "la récréation" (de pauze op school in het Frans)
B
De titel van een Frans beroemd en grappig boek
C
Het is het Franse woord voor recreatiegebieden.
D
Geen van de andere 3 antwoorden.

Slide 15 - Quizvraag

Gebruik afkortingen in chatberichten, net als Franse leerlingen.   Sleep het juiste woord naar de juiste afkorting.  
Bjr
Slt
a2m1
A+
b1
Au revoir 
salut
merci 
bien 
a plus 
bon
ça va 
bonjour
à demain

Slide 16 - Sleepvraag

Hoe zeg je
pannenkoeken
in het Frans?
A
les galettes (f, pl)
B
les tartes (f, pl)
C
les crêpes (f, pl)
D
les gâteaux (m, pl)

Slide 17 - Quizvraag

Op 2 februari (2 février in het Frans) is het traditie pannekoeken te bakken.
Hoe het deze traditie?
A
La chandeleur
B
Carnaval
C
Sint Pannenkoeken dag
D
Le Carême

Slide 18 - Quizvraag

La chandeleur
lijkt op welk andere Frans woord ?
A
La chandelle (soort kaars)
B
zingen (chanter)
C
le chandail (soort warme trui)
D
geen van de 3 andere antwoorden

Slide 19 - Quizvraag

La chandeleur viert
de terugkeer van het licht.
De dagen worden steeds langer.
Waarom dit met crêpes vieren?

A
Aan het eind van de winter was er vaak slechts meel, melk en wat eieren over.
B
De vorm en kleur van de crêpes lijken op de zon.
C
Geen bijzondere verklaring. Gewoon toeval.
D
Omdat het 40 dagen na kerst is.

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Link

Slide 22 - Link