Koningsspelen quiz

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsBasisschoolGroep 4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide


Hoe heet onze koning?
A
Willem
B
Willem-Alexander
C
Xander
D
Wilhelm-Axelander

Slide 2 - Quizvraag


Hoe oud wordt de koning dit jaar?
A
55
B
60
C
58
D
50

Slide 3 - Quizvraag


Welk gebak wordt er vaak gegeten met koningsdag?
A
Oranje Tompouce
B
Soesjes
C
Beschuit met muisjes
D
Appeltaart

Slide 4 - Quizvraag


Hoeveel dochters hebben de koning en de koningin?
A
2
B
4
C
1
D
3

Slide 5 - Quizvraag

In welk jaar werden de Koningsspelen voor het eerst gehouden?
A
2010
B
2011
C
2015
D
2013

Slide 6 - Quizvraag

Hoe heten de dochters van de koning en de koningin?
A
Ava, Amelie en Anouk
B
Bo, Benthe, Bella
C
Amalia, Alexia en Ariane
D
Bea, Britt, Brenda

Slide 7 - Quizvraag

Hoe heet onze koningin?
A
Wilhelmina
B
Beatrix
C
Juliana
D
Máxima

Slide 8 - Quizvraag

Wanneer is de koning jarig?
A
17 april
B
27 april
C
20 april
D
23 april

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een vrijmarkt?
A
Een soort rommelmarkt waar mensen hun eigen spulletjes mogen verkopen.
B
Een winkel waar alles gratis is.
C
Een plek waar je je huiswerk mag verkopen.
D
Een markt waar je frietjes mag ruilen voor speelgoed.

Slide 10 - Quizvraag

Wat wordt er meestal NIET verkocht op de vrijmarkt?
A
Oude boeken
B
Tweedehands kleding
C
Spelletjes
D
Nieuwe spullen

Slide 11 - Quizvraag

Wat zie je vaak aan een stok op Koningsdag?

A
Een vlag
B
Een knuffel
C
Een ballon
D
Een foto van de koning

Slide 12 - Quizvraag

Wie zingt/zingen er elk jaar een liedje speciaal gemaakt voor de koningsspelen?
A
Taylor Swift
B
Lionel Messi
C
Kinderen voor Kinderen
D
Het junior songfestival

Slide 13 - Quizvraag

Wat kun je beter NIET doen tijdens een spel in de Koningsspelen?
A
Samenwerken
B
Je team helpen
C
Eerlijk zijn
D
Boos worden als je niet wint

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Tijdens de Koningsspelen spelen alle kinderen in Nederland tegelijk dezelfde spellen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Koningsdag is altijd op 27 april, behalve als dat een zondag is.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Op de vrijmarkt mag je zomaar overal gaan zitten, ook midden op de weg.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Je mag op Koningsdag op de stoep zitten zonder iets te verkopen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Tijdens de Koningsspelen krijgen kinderen meestal geen pauze.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Je mag op de vrijmarkt ook zelfgemaakte sieraden verkopen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quizvraag

Koningsdag werd vroeger Koninginnedag genoemd.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quizvraag

Bij de Koningsspelen gaat het alleen om winnen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Tijdens de Koningsspelen moet je verplicht in oranje kleding komen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

Sommige kinderen oefenen thuis al voor de Koningsspelen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quizvraag

Als het regent, wordt Koningsdag meestal afgelast.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quizvraag

In sommige steden kun je op Koningsdag ook kermisattracties vinden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quizvraag