10.1 man en vrouw

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 4

Voortplanting

Leerdoelen §10.1 Man en vrouw

Begrippen §10.1

primaire geslachtskenmerken, secundaire geslachtskenmerken, balzak, teelballen/zaadballen, bijballen, zaadblaasjes, zaadleiders, prostaat, penis, zwellichamen, urinebuis, voorhuid, eikel, eierstokken, eileiders, baarmoeder, vagina, grote schaamlippen,kleine schaamlippen, clitoris

menstruatiecyclus, zaadcel, eicel, condoom, spiraaltje, sterilisatie, pessarium, pil (ovulatieremmer)

Primair

Wat is het verschil?

Primaire geslachtskenmerken: zijn bij de geboorte al aanwezig

vrouw: schaamlippen 

man: penis en balzak

Secundair

Er ontstaan door hormonen secundaire geslachtskenmerken

schaamhaar, borsten, okselhaar, brede schouders, baardgroei, lagere stem, ongesteldheid, breder bekken

Vruchtbaar

Er worden geslachtscellen = voortplantingscellen gemaakt

in de geslachtsorganen

Zaadcellen door de man

Eicellen door de vrouw

zaadbal: zaadcellen maken

bijbal: opslag van zaadcellen

prostaat en zaadblaasjes: productie van zaadvocht

sperma: zaadcellen en zaadvocht

baarmoeder: groei embryo

eierstokken: eicellen maken

eileiders: eicel naar de baarmoeder

menstruatie cyclus

dag 1 = 1e dag van de menstruatie

Let op! bij bevruchting blijft het baarmoederslijmvlies bestaan

Hoe voorkom je zwangerschap?

Voorbehoedsmiddelen

pil, spiraaltje,

 condoom, pessarium, 

sterilisatie man of vrouw

Noodgeval: morning after pil, abortus