Het bijvoeglijk naamwoord

• Frans
• Voortgezet speciaal onderwijs

Wat is een bijvoeglijk naamwoord? Waar zegt het iets over?

les mères sont .........

1. petits
2. petites
3. petite

Kies de juiste vorm:
Les voitures sont (groen)

1. vertes
2. verte
3. vert
4. verts

Kies de juiste vorm:
Il est (groot)

1. grande
2. grand
3. grandes
4. grands

Kies de juiste vorm:
La ceinture est (blauw)

1. bleu
2. bleus
3. bleue
4. bleues

les mères sont .........

1. petits
2. petites
3. petite

Kies de juiste vorm:
L'actrice est (mooi)

1. beaux
2. belles
3. belle
4. beau

Kies de juiste vorm:
Olivier et Marc sont (frans)

1. francais
2. francaise
3. francaiss
4. francaises

Kies de juiste vorm:
Les chats sont (rood)

1. rouge
2. rouges
3. rougee
4. rougees

Kies de juiste vorm:
Les sacs sont (nieuw)

1. nouveau
2. nouvelles
3. nouvelle
4. nouveaux

Wat moet je onthouden over het gebruik van het bijvoeglijk naamwoord in het Frans