In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
H6 Verschillende verbanden
Ga rustig zitten op je plek.
Slide 1 - Tekstslide
Opbouw les
Bespreken 6.7 Exponentiële verbanden en procentuele groei
Quiz ter herhaling (+ uitleg)
Aan de slag: Dtoets
Afsluiting
Slide 2 - Tekstslide
Bespreking 6.7 Exponentiële verbanden en procentuele groei
Slide 3 - Tekstslide
Verschillende verbanden QUIZ
Slide 4 - Tekstslide
Hoe lang is de periode in deze grafiek?
A
8 seconden
B
6 seconden
C
24 seconden
D
12 seconden
Slide 5 - Quizvraag
Hoeveel meter is de amplitude in deze grafiek?
A
2 meter
B
0,5 meter
C
1,5 meter
D
1 meter
Slide 6 - Quizvraag
Wat is de frequentie per minuut van deze grafiek?
A
9
B
8
C
2
D
7,5
Slide 7 - Quizvraag
De grafiek van een kwadratische formule is altijd een:
A
halve parabool
B
bergparabool
C
parabool
D
dalparabool
Slide 8 - Quizvraag
Hoort bij deze formule een berg- of dalparabool?
m=0,3t2−6t+4
A
Bergparabool
B
Dalparabool
Slide 9 - Quizvraag
Bij welke van onderstaande formules horen bergparabolen?
A
n=−5t+3t2
B
n=−5t−3t2
C
w=3,4t2−250
D
w=−3,4t2+250
Slide 10 - Quizvraag
Wat zijn a, b en c in deze formule? y = -x² + 6x - 0,5
A
a = -2 b = 6 c = -0,5
B
a = 1 b = 6 c = 0,5
C
a = -1 b = 6 c = -0,5
D
a = -1 b = 0,5 c = 6
Slide 11 - Quizvraag
Wat is de juiste formule om het x-coördinaat van een parabool te berekenen?
A
XTOP=−2ab
B
XTOP=−b2a
C
XTOP=−2ba
D
XTOP=−a2b
Slide 12 - Quizvraag
Hoe bereken je de y-top van een parabool?
A
De y waarde aflezen in de grafiek
B
De y waarde invullen in de formule
C
De x waarde invullen in de formule
D
De x waarde aflezen in de grafiek
Slide 13 - Quizvraag
Wat is de top in de volgende formule?
y=x2+4x+1
A
( 1, 4 )
B
( 2 ,13)
C
( 0 , 1 )
D
( -2 , -3)
Slide 14 - Quizvraag
Welk verband hoort bij welke grafiek?
1
Lineair verband
Kwadratisch verband
Wortelverband
Periodiek verband
Slide 15 - Sleepvraag
Wat is k voor t = 2?
A
k = 85
B
k = 73,28
C
k = 122
D
k = 0
Slide 16 - Quizvraag
De groeifactor is 0,92 Er is sprake van :
A
Afname
B
Toename
C
Gelijkmatig
D
Hyperbolish
Slide 17 - Quizvraag
De groeifactor is 1,45. De toename is ..... %
A
145
B
1,45
C
55
D
45
Slide 18 - Quizvraag
Het aantal vlindersoorten neemt af met 1,2% per jaar. In 2010 waren er nog 740 verschillende soorten vlinders. Hoeveel soorten vlinders zijn er nog over in 2020?