Par 4.3 en 4.4_2223_4M

Agenda les
  • Wat weet je nog van vorig jaar par 4.3 en 4.4
  • Korte uitleg par 4.3 en 4.4
  • Zelf aan de slag
  • Weektaak
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Agenda les
  • Wat weet je nog van vorig jaar par 4.3 en 4.4
  • Korte uitleg par 4.3 en 4.4
  • Zelf aan de slag
  • Weektaak

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bedrijven maken goederen door het verwerken van grondstoffen
A
Primair
B
Secundair
C
Tertiair
D
Quartair

Slide 2 - Quizvraag

Vraag 23a
Hoe verandert de werkgelegenheid?
De koopkracht van de consumenten stijgt.
A
Daalt
B
Stijgt
C
Blijft gelijk

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe verandert de werkgelegenheid?
Jongeren studeren langer door.
A
Daalt
B
Stijgt
C
Blijft gelijk

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe verandert de werkgelegenheid in NL? Batavus verplaatst een deel van de fietsproductie naar Tjechie.
A
Daalt
B
Stijgt
C
Blijft gelijk

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting
Par 4.3 Is het druk op de arbeidsmarkt
Par 4.4 als er geen werk is

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen par 4.3
  • Je kunt in eigen woorden omschrijven wanneer er werkgelegenheid is.
  • Je kunt in eigen woorden het verschil tussen arbeids- en kapitaalintensief uitleggen en voorbeeldbedrijven noemen.
  • Je kent de 4 productiesectoren waarin je kunt werken en kunt voorbeelden noemen
  • Je kunt in eigen woorden uitleggen hoe de arbeidsmarkt in elkaar zit.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Productiesectoren
Primaire sector = goederen, bedrijven die hun producten uit de natuur halen (visserij, landbouw b.v.)
Secundaire sector = goederen, bedrijven die producten bewerken (industrie, de bouw, ambachtelijke bedrijven)
Tertiaire sector = diensten, bedrijven die diensten verkopen met het doel om winst te maken (handel, transport, financiële dienstverlening)
Quartaire sector = diensten, bedrijven die diensten verkopen niet met het doel om winst te maken (onderwijs, gezondheidszorg, overheidsdiensten).

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Arbeidsintensief: meer arbeid dan kapitaal 
Kapitaalintensief: meer kapitaal dan arbeid

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Arbeidsmarkt en werkgelegenheid
Arbeidsmarkt
  • is het geheel van vraag naar en aanbod van arbeid.
  • De VRAAG naar arbeid komt van de WERKGEVERS.  
  • Het AANBOD van arbeid komt van de WERKNEMERS (=beroepsbevolking).
Beroepsbevolking: iedereen van 15 jaar tot de pensioenleeftijd die werkt of werkloos is en wil werken.  Ingeschreven UWV.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ouder dan Pensioengerechtigde leeftijd

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Formele sector: je verdient met werk geld waarover je belasting en premies betaalt.
Informele sector: werk dat niet door CBS wordt geregistreerd

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen par 4.4
  • Je kent de verschillende oorzaken van werkloosheid.
  • Je kent de verschillende soorten werkloosheid.
  • Je kunt in eigen woorden uitleggen hoe werkloosheid kan verminderen.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag
  • Lees paragraaf 4.3 en 4.4
  • Par 4.3 maak opgave  (online )
  • Par 4.4 maak opgave  (online )

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weektaak week 1 SE II
• Lees hoofdstuk 4 en leer de begrippen en uitgedeelde samenvatting
• Maak van par 4.1 opgave 2, 3, 4, 7 (online B, C, D, G) en par 4.2. opgave 14, 15, 16, 17 (online F, G, H, I) (theorie les 1)
• Maak van par 4.3 opgave 19, 21, 22, 23, 26, 27, 28 (online B, D, E, F, I, J, K ) en par 4.4 opgave 30, 32, 34, 36, 39, 40 (online B, D, F, I, L, M, N)  (theorie les 2)
• Kijk de opgaven na met andere kleur pen. (als je de opgaven in je schrift hebt gemaakt).

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies