Rekenen H3: aan het werk?

TiP!!
Maak ook blz. 94 en 95 als oefening voor het SO



1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

TiP!!
Maak ook blz. 94 en 95 als oefening voor het SO



Slide 1 - Tekstslide

Berekenen nettoloon
Nettoloon = brutoloon - inhoudingen 

Voorbeeld 
Het brutoloon is €1500,25 en de inhoudingen zijn €330,34
Het nettoloon= 1500,25 - 330,34 = €1169,91

Slide 2 - Tekstslide

Het brutoloon is €2.200. De inhoudingen zijn 28% van het brutoloon. Hoeveel is het nettoloon?

Slide 3 - Open vraag

Antwoorden opdracht
Brutoloon =                                                         €2.200
Inhoudingen= 2.200 / 100  x 28 =             €616
---------------------------------------------------
Nettoloon=                                                          €1.584

Slide 4 - Tekstslide

Hoeveel kinderen verdienen het meeste geld met het wassen van auto's?

Slide 5 - Tekstslide

Hoeveel kinderen verdienen het meeste geld met het wassen van auto's?

Slide 6 - Open vraag

Antwoord
Totaal: 400 kinderen
34% auto wassen
Dus:
400 / 100 x 34 =136 kinderen

Slide 7 - Tekstslide

In welke maanden werden er vorig jaar meer fietsen verkocht dan in het huidige jaar? 

Slide 8 - Tekstslide

In welke maanden werden er vorig jaar meer fietsen verkocht dan in het huidige jaar?

Slide 9 - Open vraag

Antwoord: in de maanden februari en juli

Slide 10 - Tekstslide

Welke cijfers worden het populairste en het minst populaire snoepje gegeven?

Slide 11 - Tekstslide

Welke cijfers worden het populairste en het minst populaire snoepje gegeven?
A
Ongeveer een 8,5 en een 5
B
Ongeveer een 8 en een 5,5
C
Ongeveer een 7 en een 6
D
Ongeveer een 8,5 en een 6

Slide 12 - Quizvraag