Je leert hoe je details in de tekst op kunt zoeken
Je leert tussen de regels door te lezen
Je leert de tekst na te vertellen in de goede volgorde van tijd en plaats
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 7
In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Doel van de les
Je leert hoe je details in de tekst op kunt zoeken
Je leert tussen de regels door te lezen
Je leert de tekst na te vertellen in de goede volgorde van tijd en plaats
Slide 1 - Tekstslide
Deze tekst heeft met de herfst te maken. Waar denk je aan bij herfst?
Slide 2 - Woordweb
Tekst lezen
We lezen samen interactief de tekst:
Juf modelt de tekst
Jullie modelen/ jij modelt de tekst
Slide 3 - Tekstslide
Welke 2 tekstsoorten herken je in deze tekst?
A
Reclametekst en instructietekst
B
Verhaaltekst en informatieve tekst
C
Informatieve tekst en instructietekst
D
Verhaaltekst en instructietekst
Slide 4 - Quizvraag
Lees regel 4: Daar .... denkt Lucas. Waar is vader niet blij mee en waarom niet?
Slide 5 - Open vraag
Lees regel 8- 15. Opeens... wat voor dier? Welke gevoelens van Mees en Lucas herken je vooral in deze alinea?
A
Nieuwsgierig- enthousiast
B
Bang- boos
C
Bang- Nieuwsgierig
D
Enthousiast- verlegen
Slide 6 - Quizvraag
Lees regel 24-27: Waar zijn Mees en Lucas nu?
Slide 7 - Open vraag
Lees regel 28: Egels... tegenkomen. Wie zijn "je" en "ze" in deze zin?
A
je = Lucas
ze = nachtdieren
B
je = de lezer
ze = Mees en Lucas
C
je = Mees
ze = Mees en Lucas
D
je = de lezer
ze = egels
Slide 8 - Quizvraag
Lees de 4e alinea nog eens. Hoe zou Mees zich voelen?
A
Ongerust
B
Opgewekt
C
Verbaasd
D
Verwachtingsvol
Slide 9 - Quizvraag
Opdracht
Lees regel 28- 37: Egels zijn..... heel veel eten
Pak je tekenschrift er nu bij en teken het volgende:
Het hol van een egel
Het voedsel van een egel
Het uiterlijk van de egel voor de winterslaap
Slide 10 - Tekstslide
Waar of niet waar? (1 = ... 2 =... enz.) 1. Egels zie je vooral overdag 2. Egels eten het liefst planten 3. Egels houden een winterslaap 4. Egels worden tijdens de winterslaap wakker om te eten.
Slide 11 - Open vraag
Welke eigenschappen passen het best bij Mees en Lucas?
A
aardig, nieuwsgierig, brutaal, enthousiast
B
sportief, nieuwsgierig, enthousiast, behulpzaam
C
enthousiast, ongeduldig, lui, behulpzaam
D
handig, nieuwsgierig, jaloers, agressief
Slide 12 - Quizvraag
Zet de plaatsen waar het verhaal zich afspeelt in de juiste volgorde, kies 4 plaatsen uit: tuin-school-badkamer-schuur-slaapkamer-tuin-keuken.
Slide 13 - Open vraag
Zet het verhaal in de juiste volgorde: 1. voetballen 2. schemerig 3. verrekijker 4. egel 5. holletje 6. zoekmachine 7. egelhuisje
Slide 14 - Open vraag
Wat is niet handig om te doen als je in de winter een egel vindt die wakker is geworden?
A
Een egelhuisje bouwen voor de egel
B
Water en kattenbrokjes geven
C
De egel in huis nemen, daar is het lekker warm
D
De egel naar de egelopvang brengen
Slide 15 - Quizvraag
Welke tekstsoort is bij deze tekst ook handig om te maken?
A
Een instructietekst voor een egelhuisje
B
Een gedicht over egels
C
Een mop over de stekels van de egel
D
Een recept over wat je voor de egel kunt koken
Slide 16 - Quizvraag
Bedenk een passende titel voor dit verhaal
Slide 17 - Woordweb
Stel je voor, je houdt een spreekbeurt over egels. Wat ga je in elk geval vertellen?