C1 LT2: Inleiding in de EHBO

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3,4

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Authentieke situatie

Het is inmiddels drie weken geleden dat mevrouw Loekito het norovirus had. Ze is er gelukkig goed van herstelt, maar is wel flink afgevallen. Haar kleding is te groot geworden. Je komt vandaag de ochtendzorg doen bij mevrouw Loekito. Je belt aan maar je krijgt geen reactie, na vier keer bellen besluit je de noodsleutelbos te gebruiken, Je maakt je nu toch wel zorgen om haar. Onder aan de trap tref je mevrouw Loekito aan en dan ziet ze je staan. Je schrikt omdat onder haar hoofd een plasje bloed ligt. Je ziet een vervelende gapende wond aan de zijkant van haar hoofd. Mevrouw kreunt en grijpt naar haar hoofd. Vlug scan je omgeving om te kijken of alles veilig is. ‘Mevrouw Loekito, wat is er gebeurd?!’ Mevrouw vertelt dat ze is gestruikeld over haar te grote broek en van de trap is gevallen. Ze heeft ongeveer vier treden naar beneden gevallen en ze heeft veel pijn. Vervolgens stel je mevrouw op haar gemak en belt de huisarts nadat je merkt dat ze wat rustiger is geworden. Je probeert om mevrouw te verplaatsen naar haar stoel, maar ze schreeuwt het uit. ‘Blijf van mij af! Je doet me hartstikke veel zeer. Mijn been!’ Je ziet dat haar been in een rare stand ligt en besluit een kussen te pakken voor onder haar hoofd. Je pakt het dekentje van het bed om ervoor te zorgen dat ze het niet koud krijgt. Ineens hoor je een auto stoppen voor het huis. ‘Gelukkig, de huisarts is er!

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat valt je op? Welke methodiek zie je?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

[zes weken later]
Mevrouw is inmiddels thuis gekomen uit het ziekenhuis. Er is een afspraak gepland met haar zoon om te bespreken welke zorg ze nu nodig heeft. Het gaat over allerlei zaken, maar je kaart ook aan dat mevrouw nieuwe kleding nodig heeft om valincidenten te voorkomen. Zoon wordt ontzettend boos en vindt het allemaal maar onzin. Hij gaat mevrouw wel lekker te eten geven zodat ze vanzelf aankomt. ‘Ik ga echt geen nieuwe kleding kopen!’ Je komt maar niet uit de discussie en ineens pakt de zoon je vast bij je polsen. ‘Snotneus! Ik weet toch wel wat goed is voor mijn moeder!’ Je schrikt en gebruikt snel een loskomtechniek om vrij te komen. Vervolgens richt je jezelf om de zoon en voelt de grond stevig onder je voeten. Je denkt terug aan wat je eerder is geleerd: ‘Aarde, centreren, focus.’ ‘Meneer, ik vind het niet fijn dat u mij zo aanspreekt. Als u niet op een rustige toon met mij het gesprek aan gaat, ga ik nu weg en wil ik het gesprek op een later moment voeren.’ Gelukkig reageert de zoon daar goed op en wordt hij rustiger. ‘Sorry, ik liet mezelf even gaan. Ik maak me alle dagen druk over mijn moeder en niemand staat mij bij.’

Eenmaal terug op het zorgkantoor rapporteer je het incident en bespreek het met een collega. Ze ziet namelijk dat je erg overstuur bent van het voorval. Door erover te praten, voel jezelf een stuk rustiger en kan je het achter je laten.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is EHBO?
Helpend gedrag en de eerste zorg bij een acute ziekte of letsel


Doel:
  • Behoud van leven
  • Het verlichten van pijn
  • Het voorkomen van verergering ziekte of letsel
  • Bevorderen van herstel

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

EHBO afstemmen op de doelgroep

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevaren voor kinderen per leeftijdscategorie

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Let op gevaar!
Wat is er gebeurd?
Stel gerust
Schakel deskundige hulp in
Help slachtoffer ter plaatse
Zet in de juiste volgorde:

Slide 8 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Eerste schakel in de hulpverleningsketen
Blijf kalm en probeer snel inzicht te krijgen in de situatie.
De volgende 5 regels helpen je daarbij:

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eerste schakel in de hulpverleningsketen
Blijf kalm en probeer snel inzicht te krijgen in de situatie.
De volgende 5 regels helpen je daarbij:

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom zijn deze regels opgesteld?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Verleen verantwoorde eerste hulp
112 bellen is een belangrijke levensreddende handeling.

Echter, de ambulance is er niet meteen, dus jij moet eerste hulp verlenen.
Bij eerstehulpverlening wordt in een bepaalde volgorde gewerkt. Je gaat als eerste na of er levensbedreigende letsels zijn die je moet behandelen. Pas daarna kun je aandacht besteden aan eventuele andere letsels.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem, na 112 bellen, nog 3 levensreddende handelingen

Slide 14 - Open vraag

Levensreddende handelingen zijn:
1. Iemand die op de rug ligt kan stikken als hij moet braken of als hij veel bloed in de mond heeft: Stabiele zijligging.

2. Iemand die veel bloed verliest kan in shock raken en daaraan overlijden. Bij hevig bloedverlies zorg je er daarom voor dat er direct druk op de wond gegeven wordt. (Tenzij er een voorwerp in de wond zit. Haal er dat niet zomaar uit, kijk dan of je stevig druk kunt uitoefenen boven de wond (tussen wond en kant van het hart).

3. Je moet zo snel mogelijk vaststellen of reanimatie nodig is. Je controleert het bewustzijn. Als iemand bewusteloos is, laat je 112 bellen en een AED halen. Een bewusteloos SO is onmiddellijk in levensgevaar. (Komt in vervolglessen en reanimatielessen uitgebreid aan bod.)

Wat moet de 112 centralist weten?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hulp inroepen van andere hulpverleners
Informatie die je aan de telefonist van het alarmnummer moet geven:
  • de naam van de beller
  • de plaats van het ongeval
  • het adres waar het slachtoffer zich bevindt
  • het telefoonnummer van de beller
  • de aard en oorzaak van de situatie
  • het aantal slachtoffers
  • de toestand van het slachtoffer of de slachtoffers (kleur, wel of geen ademhaling, zichtbare verwonding)
  • de aard van het letsel (niet in detail)
  • welke hulpdienst gewenst is (politie, brandweer of ambulance)

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Methodisch werken
Zorg verlenen in de juiste volgorde.

 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zorgbehoefte inschatten
  • Eerst verzamel je gegevens van het slachtoffer.
  • Dat doe je snel en volgens de eerste hulpprincipes.
  • Vooral informatie over de vitale functies, zoals het bewustzijn, de ademhaling, polsslag (circulatie), is belangrijk.
  • Hierop stem je je activiteiten af.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenwerken
Afhankelijk van de plaats waar de onvoorziene gebeurtenis plaatsvindt:

  • schakel je direct hulp in
  •  werk je samen met aanwezige hulpverleners of omstanders die bijvoorbeeld kunnen reanimeren.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beroepshouding
  • Als verpleegkundige ben je bij onvoorziene situaties verantwoordelijk voor wat je doet. 
  • Je laat een slachtoffer nooit alleen en past eerste hulp toe. 
  • Jouw optreden als hulpverlener heeft invloed op de manier waarop omstanders en het slachtoffer reageren.
  • Toon duidelijkheid en daadkracht door mensen goed te instrueren. 
  • Doe alles op een zorgvuldige en respectvolle manier.


Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Traumatische ervaringen verwerken
  • Zelfzorg bij traumatische ervaringen
  • Professionele hulp inschakelen bij traumatische ervaringen



Slide 21 - Tekstslide

Als verpleegkundige ben je bij onvoorziene situaties verantwoordelijk voor wat je doet. Je laat een slachtoffer nooit alleen en past eerste hulp toe. Jouw optreden als hulpverlener heeft invloed op de manier waarop omstanders en het slachtoffer reageren.
Toon duidelijkheid en daadkracht door mensen goed te instrueren. Doe alles op een zorgvuldige en respectvolle manier.
Traumatische ervaringen verwerken
Als je een ernstig ongeval meemaakt, kan dat een traumatische ervaring voor je worden. Traumatische ervaringen verwerk je door er de tijd voor te nemen. Je kunt ze zelf verwerken in je eigen omgeving, maar het kan ook zijn dat je er professionele hulp bij nodig hebt.
Zelfzorg bij traumatische ervaringen
Erken voor jezelf dat het een ernstige situatie was en sta jezelf toe dat die nare gevoelens teweegbrengt. Praat met medehulpverleners over de gebeurtenis. Luister niet alleen naar de anderen, maar vertel ook jouw verhaal. Daarnaast is het goed om je gevoelens en ervaringen te delen met iedereen die je vertrouwt. Behalve praten zijn er ook andere mogelijkheden om je te uiten: houd een dagboek bij, luister naar muziek of zoek creatieve bezigheden. Je kunt ook gaan wandelen en de natuur in trekken. Doe ook kleine karweitjes. Daardoor heb je de gelegenheid om na te denken over de traumatische ervaring en je gevoelens de vrije loop te laten.
Vraag of je tijdelijk in weinig complexe zorgsituaties kunt werken. Houd er bij andere activiteiten rekening mee dat je vaak minder concentratievermogen hebt, doordat je veel nadenkt over het gebeuren. Rijd daarom voorzichtiger in het verkeer, stel belangrijke beslissingen of keuzen uit, en doe ook geen gevaarlijke karweitjes. Zorg in deze periode goed voor jezelf door veel te rusten en goed te eten. Houd wel vast aan je dagindeling en dagstructuur.
Professionele hulp inschakelen bij traumatische ervaringen
Soms gaan de problemen na een traumatische ervaring niet vanzelf over. Je voelt je na een maand nog steeds verdoofd, je kunt je slecht concentreren of bent verward. Je kunt je ook chronisch gespannen voelen en bang zijn dat je weer in een onvoorziene situatie terechtkomt. Je kunt boos en zelfs agressief of juist overdreven vrolijk reageren op iedereen en alles in je omgeving. Als je slecht gaat slapen en blijft dromen over de gebeurtenis, is het verstandig professionele hulp in te schakelen. Ga in eerste instantie naar je huisarts of de bedrijfsarts van de instelling en breng je klachten naar voren. In overleg word je dan naar andere instanties verwezen, bijvoorbeeld naar de ggz of de bedrijfspsychologische dienst. Daar kun je gerichte hulp krijgen bij het verwerken van je traumatische ervaring.

Er is een groot ongeluk gebeurd met heel veel slachtoffers
Wie help je als eerste, wat doe je?

Slide 22 - Open vraag

Je hebt dan alleen tijd voor korte levensreddende handelingen als snel op de zij draaien, en zorgen dat druk op hevig bloedende wond gegeven wordt.
Je kunt dan mogelijk niet reanimeren als dat nodig is. Als je reanimeert ben je nl. niet meer beschikbaar voor hulp aan andere so.

Voorkom (meer) slachtoffers
  • Let op gevaar
  • Verplaats slachtoffers uit een gevaarlijke situatie
  • Besmetting

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Let op gevaar!
Je kunt geen eerste hulp verlenen wanneer het niet veilig voor je is. Als eerstehulpverlener beperk je je dan tot het zorgen voor professionele hulp door 112 te bellen en door te zorgen dat er niet meer slachtoffers vallen door gevaar te voorkomen.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verplaats het slachtoffer uit een gevaarlijke situatie
  • Verplaats het slachtoffer met de Rautekgreep.
  • Wegslepen aan kleding, arm of enkels
  • Of laat slachtoffer hinkelen

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De noodvervoersgreep van Rautek vanaf de grond
1 Kniel aan de linkerkant van het slachtoffer, ter hoogte van zijn schouder.
2 Plaats uw rechtervoet achter zijn hoofd.
3 Ga met uw rechterhand onder zijn nek door en breng uw vingers in zijn rechteroksel.
4 Leg uw linkerhand vanaf de rugzijde in zijn linkeroksel.
5 Breng het slachtoffer in een vloeiende beweging in zittende houding en breng uw lichaam achter hem.
6 Schuif uw armen onder zijn oksels door.
7 Breng één van zijn onderarmen horizontaal voor zijn borst. Kies een arm zonder letsel.
8 Leg uw handen met aaneengesloten vingers en duimen over deze onderarm. Hierdoor duwt u tijdens het verslepen niet met uw duimen tegen zijn ribben.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De noodvervoersgreep van Rautek vanaf de grond vervolg
9 Ga in hurkhouding zo dicht mogelijk tegen het slachtoffer aan zitten, met uw voeten achter hem en uw knieën aan weerskanten van hem.
10 Til hem op door uw benen te strekken. Hoe dichter u het slachtoffer tegen u aanhoudt, hoe minder belastend het voor uzelf is.
11 Versleep het slachtoffer achteruitlopend uit de gevarenzone. Kijk daarbij uit waar u loopt. 12 Leg het slachtoffer in omgekeerde volgorde weer op de grond. Leg zijn hoofd voorzichtig neer. Verleen de noodzakelijke eerste hulp.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewustzijnscontrole
Bewusteloos slachtoffer (ademt wel)


 

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat stel je vast bij bewusteloosheid?

Slide 30 - Open vraag

Het slachtoffer reageert niet op aanspreken en schudden (bewusteloos).
Het slachtoffer ademt normaal (heeft een effectieve ademhaling).

Wat doe je bij bewusteloosheid?

Slide 31 - Open vraag

Als het slachtoffer niet reageert op aanspreken en schudden:
  • Bel of laat 1-1-2 bellen.
  • Zet je telefoon op de luidspreker.
  • Laat een AED halen indien deze beschikbaar is.
  • Volg de instructies van de 112-centralist op.
  • Controleer de ademhaling. Als het slachtoffer normaal ademt (en dus een effectieve ademhaling heeft):
  • Leg het slachtoffer op de zij (liefst in de stabiele zijligging) of
  • Volg aanwijzingen 112-centralist.
  • Controleer elke minuut of de ademhaling normaal blijft.
  • Zorg voor beschutting van het slachtoffer. Is het koud, leg dan een deken, jas of sjaal over het slachtoffer heen.

Stopt de ademhaling?
Draai dan het slachtoffer op de rug en start reanimatie.
Download de gratis EHBO-app:
https://www.rodekruis.nl/ehbo/gratis-ehbo-app/

Dit gaan we oefenen in week 9 Reanimatie en AED


Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Maak de opdrachten van les 1 op Itslearning.
Deze zullen we klassikaal nabespreken.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bronnen
https://www.rodekruis.nl/ehbo/#tips

Thieme Meulenhoff: Persoonlijke basiszorg: PBZ9 EHBO


 

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies