Speltheorie vervolg - M3 deel 2

Herhaling speltheorie
Aan het eind van de les kun je een simultaan spel analyseren aan de hand van de best respons methode om zo eventuele dominante of gedomineerde strategieën en Nash-evenwichten te vinden.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Herhaling speltheorie
Aan het eind van de les kun je een simultaan spel analyseren aan de hand van de best respons methode om zo eventuele dominante of gedomineerde strategieën en Nash-evenwichten te vinden.

Slide 1 - Tekstslide

Speltheorie
Speltheorie is een wetenschappelijke discipline, waarmee spelsituaties kunnen worden geanalyseerd.

Een spel
Een spel is een situatie, waarin spelers afhankelijk zijn van elkaars keuzes. Het resultaat van jouw strategie hangt af van de keuzes die de andere speler maakt, d.i. de strategie van de ander.

Slide 2 - Tekstslide

Gedachtenexperiment
Een klas heeft een proefwerk economie slecht gemaakt en de docent besluit een spel
te spelen waar de leerlingen een bonus mee kunnen verdienen.
Hij besluit dat alle leerlingen de tafels uit elkaar moeten schuiven zodat de leerlingen niet bij elkaar af kunnen kijken en ze mogen ook niet overleggen met elkaar. Hij geeft iedereen een leeg briefje waar ze hun naam en een getal tussen de 0 en 100 op moeten schrijven (nul doet ook mee). Hij zegt de leerlingen vóórdat ze het briefje schrijven hoe het spel werkt: van alle scores van de briefjes wordt het gemiddelde uitgerekend. Dan wordt het gemiddelde vermenigvuldigd met 2/3. De leerling die het dichtste bij deze uitkomst zit krijgt een punt bonus op het proefwerk.

Slide 3 - Tekstslide

Getal tussen 0-100. Gemiddelde * 2/3
Welk getal zou jij opschrijven?

Slide 4 - Open vraag

Nog een situatie
Je hebt de keuze tussen A en B
Twee leerlingen worden aan elkaar gekoppeld
Kiezen beide A: dan krijgen ze een 6
Kiezen beide B: dan krijgen ze een 8
Kiest leerling 1 A, en leerling 2 B: dan krijgt leerling 1 een 9 en leerling 2 een 5.  En andersom

Slide 5 - Tekstslide

5
6
8
9
5
6
8
9

Slide 6 - Sleepvraag

Is hier sprake van een gevangenendilemma?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quizvraag

Gevangenendilemma: elke speler heeft een dominante strategie, maar ze komen uit in een suboptimaal evenwicht.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Sleepvraag

A is voor beiden de dominante strategie
6,6 is de uitkomst: sub-optimaal
Tekst

Slide 10 - Tekstslide

6,6 is een Nash-evenwicht: gegeven deze situatie heeft geen van beide spelers een neiging om van strategie te veranderen

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag

Lees bladzijde 13 en 14 
en 
maak opdracht 12 en 13

(daarna bespreken en verder met de LessonUp)

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

A is de dominante strategie. B is de gedomineerde strategie: een strategie die een slechter resultaat oplevert dan alle andere strategieën en dus ongeacht de keuze van de andere speler nooit gekozen zal worden.

Slide 15 - Tekstslide

Begin opdracht 14

Slide 16 - Tekstslide

Opg. 15: onderzoek of er sprake is van een Nash-evenwicht

Slide 17 - Sleepvraag

Wat is het Nash-evenwicht
A
Rome, Rome
B
Rome, Parijs
C
Parijs, Rome
D
Parijs, Parijs

Slide 18 - Quizvraag

Aan de slag
Lezen en maken module 3 - paragraaf 2: opdrachten 12 t/m 17

Slide 19 - Tekstslide