Wat? paragraaf 2.4 opdrachten: 2, 4, 6, 7.
Hoe? Je mag rustig overleggen met je buur.
Hulp? Je buur en de iPad.
Vragen? Steek je vinger op, ik kom vanzelf bij je.
Werk in de tussentijd verder aan een andere opdracht.
Klaar? Maak begrippenkaartjes of een samenvatting van paragraaf 2.4.