02 Ethisch en integer handelen deel 1
1 / 13
Lesduur is: 90 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 3 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
'Het goede doen' en 'Iets goed doen'
Is niet altijd hetzelfde.
Noem een voorbeeld.
Is niet altijd hetzelfde.
Noem een voorbeeld.
Slide 5 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Situatie:
Je bent wethouder bij de gemeente en jouw broer heeft een bouwbedrijf.
Help je hem aan een opdracht voor de gemeente?
Ja, natuurlijk. Familie staat op de eerste plaats.
Nee, daarmee maak je misbruik van je functie.
Je bent wethouder bij de gemeente en jouw broer heeft een bouwbedrijf.
Help je hem aan een opdracht voor de gemeente?
Ja, natuurlijk. Familie staat op de eerste plaats.
Nee, daarmee maak je misbruik van je functie.
Ja
Nee
Slide 8 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
Situatie:
Je broertje heeft een werkstuk gemaakt voor zijn school, dat 5 keer gekopieerd moet worden. Op jouw werk staat een snelle kopieermachine. Gebruik je dat om zijn werkstuk te kopiëren?
Ja, als ik het in de lunchpauze doe, kan dat wel even. Die paar blaadjes maken toch geen verschil uit gezien al het papier dat hier verwerkt wordt. Nee, op mijn eerste werkdag heb ik huisregels gekregen. Daarin staat dat je werk en privé gescheiden moet houden, dus dat doe ik.
Je broertje heeft een werkstuk gemaakt voor zijn school, dat 5 keer gekopieerd moet worden. Op jouw werk staat een snelle kopieermachine. Gebruik je dat om zijn werkstuk te kopiëren?
Ja, als ik het in de lunchpauze doe, kan dat wel even. Die paar blaadjes maken toch geen verschil uit gezien al het papier dat hier verwerkt wordt. Nee, op mijn eerste werkdag heb ik huisregels gekregen. Daarin staat dat je werk en privé gescheiden moet houden, dus dat doe ik.
Ja
Nee
Slide 9 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
Situatie:
Je staat in de rij bij de kassa met een volle winkelwagen en je hebt haast.
Achter je schuift een zwangere dame aan met drie dingen in haar mandje.
Laat je haar voorgaan?
Ja, natuurlijk. Je weet dat die vrouw niet zo lang kan staan en jouw date kan nog wel even wachten.
Nee echt niet. Je hebt geen tijd, en bovendien had die dame dan maar naar de snelkassa moeten gaan.
Je staat in de rij bij de kassa met een volle winkelwagen en je hebt haast.
Achter je schuift een zwangere dame aan met drie dingen in haar mandje.
Laat je haar voorgaan?
Ja, natuurlijk. Je weet dat die vrouw niet zo lang kan staan en jouw date kan nog wel even wachten.
Nee echt niet. Je hebt geen tijd, en bovendien had die dame dan maar naar de snelkassa moeten gaan.
Ja
Nee
Slide 10 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
Slide 11 - Tekstslide
Normen = ongeschreven regels over hoe je je hoort te gedragen
Je blijft af van de spullen van een ander
Als iemand zijn pincode intoetst houd je afstand
Waarden = zij de achterliggende idealen die je belangrijk vindt als persoon/groep
bijvoorbeeld eerlijkheid, respect, vriendelijkheid, veiligheid, vrijheid
Normen zijn afgeleid van waarden.
De waarde is respect. De afgeleide norm kan zijn: je moet beleefd zijn
Ethisch: gaat over wat goed en kwaad is
(normen en waarden)
Kritisch nadenken over wat goed is
Moreel: het geheel van normen en waarden die een persoon/groep belangrijk vinden
Kan ook zijn: de strijdlust/moed die getoond word in moeilijke omstandigheden getoond wordt.
Verantwoord: er zijn goede redenen voor, zonder gevaar/risico
Je blijft af van de spullen van een ander
Als iemand zijn pincode intoetst houd je afstand
Waarden = zij de achterliggende idealen die je belangrijk vindt als persoon/groep
bijvoorbeeld eerlijkheid, respect, vriendelijkheid, veiligheid, vrijheid
Normen zijn afgeleid van waarden.
De waarde is respect. De afgeleide norm kan zijn: je moet beleefd zijn
Ethisch: gaat over wat goed en kwaad is
(normen en waarden)
Kritisch nadenken over wat goed is
Moreel: het geheel van normen en waarden die een persoon/groep belangrijk vinden
Kan ook zijn: de strijdlust/moed die getoond word in moeilijke omstandigheden getoond wordt.
Verantwoord: er zijn goede redenen voor, zonder gevaar/risico
Slide 12 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
