H2.3 Vermogen

Hoofdstuk 2: Elektriciteit
T3nsk1
2022-2023
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2: Elektriciteit
T3nsk1
2022-2023

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Wat stelt de pompkracht van een spanningsbron voor?
A
vermogen
B
stroomsterkte
C
spanning
D
tijd

Slide 3 - Quizvraag

Spanning (U)
Op een apparaat staat een spanning.
Dit is de pompkracht wat er voor zorgt dat een apparaat werkt.




grootheid
symbool
eenheid
symbool
spanning
U
volt
V

Slide 4 - Tekstslide

Welke afkorting gebruiken we voor de stroomsterkte?
A
I
B
A
C
U
D
V

Slide 5 - Quizvraag

De stroomsterkte is in een stroomkring stelt de snelheid van de stroom voor.
A
Waar
B
Niet Waar

Slide 6 - Quizvraag

Vermogen (P)
Een apparaat heeft een vermogen.
Dit geeft aan hoeveel joule aan energie het apparaat per seconde verbruikt.



1.000 W = 1 kW
grootheid
symbool
eenheid
symbool
vermogen
P
watt
W (= J/s)

Slide 7 - Tekstslide

Berekenen van vermogen
Om het vermogen van een apparaat te berekenen maak je gebruik van de volgende formule:

of in symbolen


vermogen = spanning x stroomsterkte
P = U x I

Slide 8 - Tekstslide

Voorbeeld
Op een fietslampje staat: 6 V en 0,1 A. 
Hoe groot is het vermogen van dit lampje?
1. Formule
2. Gegevens verzamelen

3. Berekening opschrijven
4. Antwoord met goede eenheid noteren
P = U x I
U = 6 V
I = 0,1 A
P = 6 x 0,1
P = 0,6 W

Slide 9 - Tekstslide

Welke formule gebruik je voor het berekenen van het vermogen?
A
P = U x I
B
U = P : I
C
I = P : U
D
P = U : I

Slide 10 - Quizvraag

Rekenen met de formule: P = U x I
Zet in de juiste volgorde...
Op de lader van mijn telefoon staat: 5V ~ 0,5A
Bereken het vermogen van de lader. 
Formule:
Gegevens:
Invullen:
Antwoord:
P = 5 V x 0,5 A
P = U x I
I = 0,5 A
P = 2,5 W
U = 5 V

Slide 11 - Sleepvraag

Aan de slag!
Paragraaf 2.3
Opdracht 33, 34, 35 & 36 

Slide 12 - Tekstslide