Engels Chores corona les 3

First!!
There have been 2 subjects before. We will repeat it's phrases and vocabulary 
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

First!!
There have been 2 subjects before. We will repeat it's phrases and vocabulary 

Slide 1 - Tekstslide

Wat zou 'subject' betekenen?

Slide 2 - Open vraag

Welke zin is juist wanneer iemand naar je paspoort vraagt?
A
Passport give me please.
B
Give passport to me.
C
Take me passport.
D
Can I have your passport please?

Slide 3 - Quizvraag

Wat betekent: 'I am celebrating my holidays at the coast?'.
A
Ik moet naar het toilet.
B
Mag ik je paspoort?
C
Hoe was je vlucht?
D
Ik vier mijn vakantie aan de kust.

Slide 4 - Quizvraag

Welke zin is juist wanneer iemand vraagt of jij je eigen koffers ingepakt hebt?
A
Bagging your own packs?
B
Own bag packing is what you must do?
C
Did you pack your own bags?
D
Do you own your own bag?

Slide 5 - Quizvraag

Welke zin is juist wanneer iemand naar je ticket vraagt?
A
I want your ticket!
B
I don't want your ticket?
C
Give me your ticket now!
D
Can I have your ticket please?

Slide 6 - Quizvraag

beziens
waardig
heden
bestemming
bus
kaart
toilet
eiland
veerboot

coach

destination
map
restroom
island

ferry
sights

Slide 7 - Sleepvraag

Hoe zeg je: 'kijk even op de kaart'.
A
Will you send me a postcard?
B
Did you pack your own bags?
C
Take a look at the map.
D
We did a lot of sightseeing.

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent: 'I need to go to the restroom?'
A
Hoe was je vlucht?
B
Ik moet naar het toilet.
C
Stuur je mij een ansichtkaart?
D
Heb je zelf de tassen ingepakt?

Slide 9 - Quizvraag

Hoe zeg je: 'Met wie ga ik iets kijken?'
A
What mood am I in today?
B
With whom am I going to watch something?
C
What snack am I looking forward to?
D
Has anyone recommended me something?

Slide 10 - Quizvraag

Hoe zeg je: 'Welke snack heb ik zin in?'
A
What mood am I in today?
B
Am I able to afford this?
C
With whom am I going to watch something?
D
What snack am I looking forward to?

Slide 11 - Quizvraag

Hoe zeg je: 'Heeft iemand me iets aangeraden?
A
What mood am I in today?
B
What snack am I looking forward to?
C
With whom am I going to watch something?
D
Has anyone recommended me something?

Slide 12 - Quizvraag

Hoe zeg je: Hoe voel ik me vandaag?'
A
With whom am I going to watch something?
B
Has anyone recommended me something?
C
What mood am I in today?
D
What snack am I looking forward to?

Slide 13 - Quizvraag

Last weekend we......

Slide 14 - Open vraag

New subject
Before we discussed the subjects: 'holiday' and 'Netflix'. These are subjects you just can't hate. They have something to do with leasure. The next subject has nothing to do with leasure time, but something not everybody likes

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Which chores do you do daily?
(answer in English) (zoek op wanneer je het niet weet)

Slide 17 - Open vraag

Which chores do you hate most?
(answer in English)(zoek op wanneer je het niet weet)

Slide 18 - Open vraag

kitchen
to sweep
to mob
to set
to clear
dishes
garbage
rinse (the dishes)
keuken
afval
dweilen
afruimen
dekken (de tafel)
vegen
de vaat
afspoelen van de vaat

Slide 19 - Sleepvraag

The phrases we've heared are:
In the kitchen, sweep the floor, mob the floor, scrub the floor, set the table, clear the table, put the food away, wash the dishes, rinse the dishes, clean the sink, take out the garbage/trash

Slide 20 - Tekstslide



Slide 21 - Open vraag


Slide 22 - Open vraag


Slide 23 - Open vraag


Slide 24 - Open vraag


Slide 25 - Open vraag


Slide 26 - Open vraag


Slide 27 - Open vraag


Slide 28 - Open vraag

Which new vocabulary
do we need to know?

Slide 29 - Woordweb

Rinse the dishes
Set the table
Clear the table
Sweep the floor
Scrub the floor
Clean the sink
Take out the trash
Mob the floor
Maak de gootsteen schoon
Zet het vuil buiten
Boen de vloer
Schrob de vloer
Veeg de vloer
Ruim de tafel af
Dek de tafel
Spoel de vaat af

Slide 30 - Sleepvraag

Slide 31 - Tekstslide