hoofdstuk 30

hoofdstuk 30
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

hoofdstuk 30

Slide 1 - Tekstslide

Vragen?
hoofdstuk 25 t/m 29?

Slide 2 - Tekstslide

Absorption costing
Verkoopprijs
Voorcalculatie
Nacalculatie met werkelijke gegevens
Nacalculatorisch budget, analyse en beleid
Nacalculatie, analyse en beleid bij opslagen

Slide 3 - Tekstslide

Absorption costing 
Zowel de constante als de variabele kosten worden meegenomen bij de bepaling van de kostprijs van een product of dienst. 
Absorption Costing gaat dus verder dan alleen maar kijken naar de nodige variabele (productie)kosten zoals arbeid en grondstoffen. In deze berekening worden naast de directe materiaal- en arbeidskosten, ook de nodige overheadkosten (constante kosten) meegenomen.

We maken een begroting en vergelijken achteraf met de werkelijkheid.

Slide 4 - Tekstslide

Kostprijsberekening 
Standaard kostprijs = C/N + V/B 

C = Constant 
N = Normaal 
V = Variabel
B = Begroot 

Slide 5 - Tekstslide

Verkoopprijs
   kostprijs 
+ winstopslag                  let op: percentage van de kostprijs of verkoopprijs?
= verkoopprijs
+ btw                  
= consumentenprijs

Slide 6 - Tekstslide

Verkoopresultaat
Formule:
Verkoopresultaat = afzet x (verkoopprijs excl. btw - kostprijs) 

Let op: 
  • alles op basis van begroot/ verwacht/ voorcalculatorisch
  • exclusief btw
  • kostprijs = standaard kostprijs 

Slide 7 - Tekstslide

Voorcalculatie 
Doel: begrote winst (= bedrijfsresultaat) berekenen 

Formule: 
bedrijfsresultaat = verkoopresultaat +/- budgetresultaat 

Nb. alles voorcalculatorisch (=begroot) 

Slide 8 - Tekstslide

Budgetresultaten voorcalculatie
Kan bestaan uit:
Bezettingsresultaat

(heel soms) 
Prijsresultaat 
Efficiencyresultaat 

Slide 9 - Tekstslide

Bezettingsresultaat 
Bezettingsresultaat: (B-N) x C/N

In welke mate worden de constante kosten (naar verwachting) terugverdiend? 

Wanneer de begrote hoeveelheid afwijkt van de normale hoeveelheid is er meer of minder dekking voor de CK.


Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Nacalculatie 
Doel: gerealiseerde winst (= bedrijfsresultaat) berekenen 

Formule: 
bedrijfsresultaat = verkoopresultaat +/- budgetresultaat 


Slide 13 - Tekstslide

Budgetresultaten nacalculatie
Kan bestaan uit:
Bezettingsresultaat
Prijsresultaat 
Efficiencyresultaat 

Slide 14 - Tekstslide

Bezettingsresultaat 
Bezettingsresultaat: (B-N) x C/N

In welke mate worden de constante kosten (naar verwachting) terugverdiend? 

Wanneer de begrote hoeveelheid afwijkt van de normale hoeveelheid is er meer of minder dekking voor de CK.


Slide 15 - Tekstslide

Efficiencyresultaat (SH-WH) x sp
SH = standaard hoeveelheid 
WH = werkelijke hoeveelheid
sp = standaard prijs (voorcalculatie)

Slide 16 - Tekstslide

Prijsresultaat variabele kosten 
Ook bij de prijzen kunnen zich verschillen voordoen tussen voorcalculatie (toegestaan) en nacalculatie (werkelijk)
(sp-wp) x WH
sp = prijs per kilo/ uur/ ...bij standaard kostprijs 
wp= prijs per kilo/uur/.. werkelijk betaald
WH = werkelijk gebruikte hoeveelheid


Slide 17 - Tekstslide

Wat is een nacalculatorisch budget?

het bedrag wat de totale kosten hadden mogen zijn bij de werkelijke productie/ afzet. 

Hulpmiddel om de verschillen analyse te doen

Slide 18 - Tekstslide

nacalculatorisch resultaat
prijsresultaat constante kosten (Cb - Cw)
gerealiseerd bezettingsresultaat (W - N) x C/N
prijsresultaat variabele kosten (sp - wp) x wh
efficiencyresultaat (sh - wh) x sp
_________________________________________________ +
Gerealiseerde budgetresultaat

Gerealiseerde resultaat = gerealiseerde verkoopresultaat + gerealiseerde budgetresultaat

Slide 19 - Tekstslide

De onderneming neemt beleidsbeslissingen o.b.v. vergelijking tussen voor- en nacalculatie
Voorbeelden:
*Waarom was de verkoopprijs lager? Te vaak kortingen? Product oké?
*Waarom is de afzet veel hoger dan verwacht? Groeimarkt? P te laag?
*Groot positief efficiencyresultaat op grondstoffen: kostprijs bijstellen?
*Negatief prijsresultaat op loonkosten: teveel dure overuren?

etc. etc.

Slide 20 - Tekstslide

Samen maken
Z30.1

Slide 21 - Tekstslide

Maken in de les/huiswerk
z30.2/e30.1/e30.2/e30.3

Slide 22 - Tekstslide