Kijk naar de video en beantwoord de vragen.
1 / 24
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Video
Wie is de man met de baard?
A
Meneer Bean
B
De kerstman
C
Sinterklaas
D
De leraar
Slide 2 - Quizvraag
Welke kleur kerstbal kiest Mr. Bean?
A
de rode kerstbal
B
de groene kerstbal
C
de gouden kerstbal
D
de witte kerstbal
Slide 3 - Quizvraag
Wat zoekt Mr. Bean?
A
Hij zoekt een stopcontact.
B
Hij zoekt een oplader.
C
Hij zoekt een lamp.
D
Hij zoekt een aan-uitknop.
Slide 4 - Quizvraag
Wat is dat?
A
de kerstboom
B
de kerstlichtjes
C
de kerstslinger
D
de kerststal
Slide 5 - Quizvraag
Wat wil de vrouw als kerstcadeau?
A
Zij wil een kerstbal.
B
Zij wil een ketting.
C
Zij wil een ring.
D
Zij wil een muts.
Slide 6 - Quizvraag
Wat heeft het jongetje gedaan?
A
Hij heeft veel gewerkt.
B
Hij heeft veel gegeven.
C
Hij heeft veel gestolen.
D
Hij heeft veel gegeten.
Slide 7 - Quizvraag
Wat doet Mr. Bean?
A
Hij steekt de kaart in de envelop.
B
Hij steekt de envelop in de kaart.
C
Hij steekt de kaart in de brievenbus.
D
Hij gooit de kaart uit het raam.
Slide 8 - Quizvraag
Wat doet Mr. Bean?
A
Hij steekt de brievenbus in de kaart.
B
Hij steekt de kaart in de brievenbus.
C
Hij legt de kaart op de tafel.
D
Hij hangt de kaart op.
Slide 9 - Quizvraag
Wat doet Mr. Bean?
A
Hij legt de sok op de haard.
B
Hij zet de sok op de stoel.
C
Hij hangt de sok aan de haard.
D
Hij hangt de haard aan de sok.
Slide 10 - Quizvraag
Wat doen de kinderen?
A
De kinderen dansen.
B
De kinderen huilen.
C
De kinderen zingen.
D
De kinderen praten.
Slide 11 - Quizvraag
Wat krijgt Mr. Bean als cadeau?
A
Hij krijgt een zakdoek.
B
Hij krijgt een onderbroek.
C
Hij krijgt een sok.
D
Hij krijgt niets.
Slide 12 - Quizvraag
Wat kookt Mr. Bean?
A
Hij kookt kip.
B
Hij kookt kalkoen.
C
Hij kookt vis .
D
Hij kookt stoofvlees.
Slide 13 - Quizvraag
Wat krijgt het meisje als cadeau?
A
een puzzel
B
een ring
C
een horloge
D
een foto
Slide 14 - Quizvraag
Wat gebeurt er op het einde?
A
Het meisje is blij.
B
Hij trouwt met het meisje.
C
Zijn appartement ontploft.
D
Hij krijgt nog een cadeau.
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Schrijf een goede zin.
Wat voor weer is het vandaag?
Wat voor weer is het vandaag?
Slide 17 - Open vraag
Slide 18 - Tekstslide
Schrijf een goede zin.
Hoe ziet jouw kerstboom eruit?
Hoe ziet jouw kerstboom eruit?
Slide 19 - Open vraag
Slide 20 - Tekstslide
Schrijf.
Welke personen/dieren zie je in de kerststal?
Welke personen/dieren zie je in de kerststal?
Slide 21 - Open vraag
Slide 22 - Tekstslide
Schrijf een goede zin.
Hoe vier jij Kerstmis?
Hoe vier jij Kerstmis?
