Paragraaf 1.2: Verdieping + Paragraaf 1.3: Beslissen we met z'n allen of namens ons allen?

Paragraaf 1.2: Protesteren (Verdieping)
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Paragraaf 1.2: Protesteren (Verdieping)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jullie leren...
  • Dat protesteren één van de manieren is om iets onder de aandacht te brengen bij de politiek.
  • Waar de behandelde protesten over gaan.
  • Je eigen mening over de acties van de actievoerders te geven.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is er iets in NL waar je niet blij mee bent, en waarvan je vind dat de politiek er
iets aan zou moeten doen?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe kun je je probleem onder de aandacht brengen bij politici?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Artikel 9
Het is iedereens recht te demonstreren. 

Toch is dit recht wél verbonden aan bepaalde regels...
  • Bepaald gebied.
  • Niet uit de hand lopen (bijv. ramen ingooien).
  • Politie optreden.

Slide 5 - Tekstslide

Zo moet je het bijvoorbeeld aanmelden als je van plan bent te demonstreren. Je hoeft daarbij niet aan te geven waarom of waartegen je wilt demonstreren.
Welke protesten zijn er de laatste tijd in Nederland (of daarbuiten) geweest? Waar gingen deze over?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
  1. Je krijgt een werkblad.
  2. Vul de ontbrekende woorden in de tekst in.
  3. Vul vervolgens je mening over de acties van de actievoerders. (In tweetallen).

#Hoezathetookalweer?
Lees over de acties op het internet.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Er zijn verschillende meningen over de acties van de boeren.
Wij vinden het goed/niet goed dat boeren met hun protest de snelwegen blokkeren.
Goed
Niet goed

Slide 8 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wij vinden het goed/niet goed dat een boer tijdens een protest de deur van het provinciehuis kapot reed.
Goed
Niet goed

Slide 9 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Met wie ben je het eens?
De burgemeester van Den Haag
Actievoerders van Extinction Rebellion

Slide 11 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wij vinden het goed/niet goed dat medewerkers van ziekenhuizen een dag niet naar hun werk gaan.
Goed
Niet goed

Slide 13 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Stel jij bent burgemeester van een stad (bijv. Den Haag). Hoe zou jij reageren op acties, zoals de boeren- en klimaatprotesten? (Gebied, politie, reden...).

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 1.3: Beslissen we met z'n allen of namens ons allen?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Directe democratie
Indirecte democratie

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer een democratie?
  1. Er zijn regelmatige vrije en geheime verkiezingen. 📩
  2. Alle burgers hebben toegang tot dezelfde grondrechten (en de overheid respecteert die ook!). 💬
  3. Er is een onafhankelijke rechterlijke macht (mogen niet beïnvloed of ontslagen worden door overheid). 👩🏻‍⚖️
  4. Er zijn vrije media die het volk informeren. 📺

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

75 zetels + indirect gekozen leden
150 zetels + direct gekozen leden

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Parlement
Twee kerntaken:

  1. Wetgevende taak (welke wetten in Nederland gelden)
  2. Controlerende taak (vertrouwen in het kabinet -> indirect gevormd).

Voorbeeld: Het kabinet Rutte-IV is gevallen. Regeringspartijen VVD, CDA, D66 en ChristenUnie werden het niet eens over een nieuw asielbeleid.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

#samengevat
Deze vertrouwensregel betekent dat uiteindelijk het parlement, en dus indirect het volk, het laatste woord heeft in ons democratisch systeem.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn voorbeelden van een directe democratie?
A
B
C
D

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn geheime verkiezingen?
A
De verkiezingen vinden plaats achter gesloten deuren.
B
Niemand mag weten welke politicus is gekozen voor een functie.
C
Niemand komt erachter op wie je hebt gestemd.
D
De verkiezingen vinden enkel in Den Haag plaats.

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op welk kenmerk van een vrije democratie maakt deze gebeurtenis een inbreuk op?
A
Er zijn regelmatige vrije en geheime verkiezingen.
B
Er is een onafhankelijke rechterlijke macht.
C
Alle burgers hebben toegang tot dezelfde grondrechten.
D
Er zijn vrije media die het volk informeren.

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waaruit bestaat het Nederlandse parlement?
A
Ministers en staatssecretarissen
B
Eerste en Tweede Kamer
C
Ministers en koning
D
Derde en Vierde Kamer

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar of niet waar.

De Eerste Kamerleden kiest het volk indirect.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verbind de begrippen met de juiste uitleg
De volksvertegenwoordiging bestaande uit de Eerste Kamer en de Tweede Kamer
Een wet die nog niet door de Eerste en Tweede Kamer is goedgekeurd.
Een democratie waarbij het volk indirect via een volksvertegenwoordiging beslist.
De leider van een groep Tweede Kamerleden of Eerste Kamerleden die horen bij dezelfde politieke partij
Eén van de twee kamers van het Nederlands parlement en bestaat uit 75 leden.
Eén van de twee kamers van het parlement die bestaat uit 150 leden.
Een staat waarin de burger bescherming van zijn rechten en vrijheden heeft tegen medeburgers én tegen de overheid.
Parlementaire democratie
Parlement
Tweede Kamer
Eerste Kamer
Rechtsstaat
Fractievoorzitter
Wetsvoorstel

Slide 28 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ga aan de slag!
Lees par. 1.3: Beslissen we met z'n allen of namens ons allen?

Kennis en begrip:
Maak opdracht 1 t/m 7.

Eerder klaar?
Ga naar de website Socrative en test je kennis.
Room name: Geschiedenis337
!

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Handige video's
https://www.youtube.com/watch?v=svXLUxcN7Pc 
(Links en rechts... Hoe zit dat nou? | NOS op 3)

https://www.youtube.com/watch?v=Fbs29h_hZSw 
(Hoe wordt Nederland bestuurd?)


Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies