Doorstroom naar niveau 3 of 4 in de zorg

Doorstroom naar niveau 3 of 4 in de zorg
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Doorstroom naar niveau 3 of 4 in de zorg

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat de verschillen zijn tussen niveau 2, 3 en 4 opleidingen in de zorg en kun je benoemen welke factoren belangrijk zijn bij het maken van een keuze voor doorstroming.

Slide 2 - Tekstslide

Geef aan het begin van de les aan wat de leerdoelen zijn, zodat de studenten weten wat ze kunnen verwachten.
Wat weet jij al over doorstromen in de zorg?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Niveau 2 Helpende Zorg en Welzijn
Een niveau 2 opleiding in de zorg is gericht op het ondersteunen van andere zorgprofessionals, zoals verpleegkundigen.

Slide 4 - Tekstslide

Leg kort uit wat een niveau 2 opleiding inhoudt en wat de taken en verantwoordelijkheden zijn.
Niveau 3 Verzorgende IG
Een niveau 3 opleiding in de zorg is gericht op het verlenen van zorg aan patiënten of cliënten onder toezicht van een verpleegkundige.

Slide 5 - Tekstslide

Leg kort uit wat een niveau 3 opleiding inhoudt en wat de taken en verantwoordelijkheden zijn.
Niveau 4 Verpleegkunde
Een niveau 4 opleiding in de zorg is gericht op het verlenen van complexe zorg aan patiënten of cliënten en het coördineren van de zorg rondom een patiënt.

Slide 6 - Tekstslide

Leg kort uit wat een niveau 4 opleiding inhoudt en wat de taken en verantwoordelijkheden zijn.
Verschillen tussen niveau 3 en 4
Een niveau 4 opleiding is meer gericht op coördinatie en leiderschap dan een niveau 3 opleiding. Een niveau 4 opleiding duurt ook langer en is vaak meer theoretisch.

Slide 7 - Tekstslide

Beschrijf kort de belangrijkste verschillen tussen niveau 3 en 4 opleidingen.
Persoonlijke behoeften en eigenschappen
Bij het maken van een keuze voor doorstroming is het belangrijk om te kijken naar je persoonlijke behoeften en eigenschappen, zoals je interesses, talenten en karakter.

Slide 8 - Tekstslide

Bespreek met de studenten welke persoonlijke factoren belangrijk zijn bij het maken van een keuze.
Werkveld
Ook het werkveld kan een rol spelen bij het maken van een keuze. Bijvoorbeeld als je al werkzaam bent binnen een bepaald werkveld, kan het logisch zijn om door te stromen binnen datzelfde werkveld.

Slide 9 - Tekstslide

Beschrijf de rol die het werkveld kan spelen bij het maken van een keuze.
Toekomstperspectief
Tot slot is het belangrijk om te kijken naar het toekomstperspectief van de verschillende opleidingen. Welke kansen biedt de arbeidsmarkt voor mensen met een niveau 3 of 4 diploma?

Slide 10 - Tekstslide

Bespreek met de studenten het belang van het kijken naar toekomstperspectief.
Opdracht: Persoonlijk profiel
Maak een persoonlijk profiel waarin je je interesses, talenten en eigenschappen beschrijft.

Slide 11 - Tekstslide

Laat de studenten individueel of in groepen hun persoonlijke profiel maken en bespreek dit klassikaal.
Opdracht: Werkveld onderzoeken
Onderzoek het werkveld waarin je wilt werken en maak een lijst van voor- en nadelen van doorstromen naar niveau 3 of 4.

Slide 12 - Tekstslide

Laat de studenten individueel of in groepen het werkveld onderzoeken en bespreek dit klassikaal.
Opdracht: Toekomstperspectief
Onderzoek de arbeidsmarkt voor mensen met een niveau 3 of 4 diploma en maak een lijst van kansen en uitdagingen.

Slide 13 - Tekstslide

Laat de studenten individueel of in groepen het toekomstperspectief onderzoeken en bespreek dit klassikaal.
Discussie: Keuzes maken
Bespreken in een groep wat er belangrijk is bij het maken van een keuze voor doorstroming en vergelijk de uitkomsten van de opdrachten.

Slide 14 - Tekstslide

Laat de studenten in groepen discussiëren over hun keuzes en laat ze de uitkomsten van de opdrachten met elkaar vergelijken.
Vervolgopleiding of werkveld?
Bespreek in de groep of het beter is om door te stromen naar een vervolgopleiding of direct te gaan werken in de zorg.

Slide 15 - Tekstslide

Laat de studenten in groepen discussiëren over wat beter is: doorstromen naar een vervolgopleiding of direct gaan werken in de zorg.
Opdracht: Informatie verzamelen
Verzamel informatie over de vervolgopleiding of het werkveld waarin je geïnteresseerd bent.

Slide 16 - Tekstslide

Laat de studenten individueel of in groepen informatie verzamelen over de vervolgopleiding of het werkveld waarin ze geïnteresseerd zijn.
Opdracht: Voor- en nadelen
Maak een lijst van de voor- en nadelen van de vervolgopleiding of het werkveld waarin je geïnteresseerd bent.

Slide 17 - Tekstslide

Laat de studenten individueel of in groepen een lijst maken van de voor- en nadelen van de vervolgopleiding of het werkveld waarin ze geïnteresseerd zijn.
Discussie: Informatie delen
Bespreken in een groep welke informatie er gevonden is en vergelijk de voor- en nadelen van verschillende vervolgopleidingen en werkvelden.

Slide 18 - Tekstslide

Laat de studenten in groepen discussiëren over de informatie die ze hebben gevonden en laat ze de voor- en nadelen van verschillende vervolgopleidingen en werkvelden met elkaar vergelijken.
Opdracht: Reflectie
Schrijf een reflectie over wat je geleerd hebt en welke keuze je gaat maken.

Slide 19 - Tekstslide

Laat de studenten individueel reflecteren op wat ze geleerd hebben en welke keuze ze gaan maken.
Vragen?
Zijn er nog vragen over doorstromen naar niveau 3 of 4 in de zorg?

Slide 20 - Tekstslide

Geef aan dat er ruimte is voor vragen en bespreek eventuele vragen klassikaal.
Einde
Bedankt voor het meedoen!

Slide 21 - Tekstslide

Rond de les af met een bedankje.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 22 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 23 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 24 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.