MTH, leerjaar 1, blok 2, les 4

Les 4, Temperatuur
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
Medisch technisch handelenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les 4, Temperatuur

Slide 1 - Tekstslide

Onderdelen van de les:
  • Terugblikken op de vorige les: ademhaling
  • Temperatuur

Slide 2 - Tekstslide

Welke 2 typen ademhaling ken je?

Slide 3 - Open vraag

Bij het beoordelen van de ademhaling wordt NIET gelet op:
A
Ademhalingsfrequentie per 15 seconden
B
Diepte
C
Kenmerken van kortademigheid
D
Bijgeluiden

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een bradypneu?

Slide 5 - Open vraag

Temperatuur
Wanneer wordt gesproken over de lichaamstemperatuur, dan wordt over het algemeen de kerntemperatuur bedoeld. 
De kerntemperatuur is de temperatuur die heerst in de romp en de hersenen. 

De temperatuur van de ledematen en de huid is over het algemeen lager dan de kerntemperatuur. 

Slide 6 - Tekstslide

De kerntemperatuur schommelt tussen de 36,5 en 37,5 graden. 

Om deze temperatuur te behouden, ondanks invloeden van de omgeving, is er een constant evenwicht tussen de productie van warmte en warmteverlies.  

Gedurende de dag zijn kleine schommelingen te meten in de kerntemperatuur. 

Meestal is de temperatuur in de ochtend 0,3 graad lager dan in de avond. Dit komt omdat tijdens het slapen relatief weinig warmte wordt geproduceerd.

Slide 7 - Tekstslide

De volgende begrippen worden aangehouden om de kerntemperatuur te beschrijven:  
• Ondertemperatuur: <36 graden. 

• Normale temperatuur: 36,5 tot 37,5 graden. 

• Verhoging (subfebriele temperatuur) 37,5 tot 38,0 
  graden. 

• Koorts: >38,0 graden. 

Slide 8 - Tekstslide

Productie warmte
Verlies warmte
Lichamelijke activiteit

Spijsvertering

Hevige emoties
De huid

De uitademingslucht

De urine en ontlasting
Let op: iemand met een verhoogde temperatuur heeft niet altijd koorts. In geval van hevige lichamelijke inspanning of een warmte omgevingstemperatuur kan ook een verhoging van de kerntemperatuur optreden. 
Dit is het geval wanneer het lichaam zijn warmte niet meer goed kwijt kan. 

Slide 9 - Tekstslide

Stelling: De kerntemperatuur is de temperatuur die onder andere heerst .....
A
In de romp
B
In de armen
C
In de huid
D
In de benen

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de normaalwaarde van de kerntemperatuur?
A
35,0 tot 38,0 graden
B
36,0 tot 38,0 graden
C
35,5 tot 36,5 graden
D
36,5 tot 37,5 graden

Slide 11 - Quizvraag

Hoe produceert het lichaam warmte?
A
Emoties
B
Lichamelijke activiteit
C
Beide bovenstaande
D
Geen van bovenstaande

Slide 12 - Quizvraag

Koorts 
De lichaamstemperatuur wordt geregeld door een specifiek gebied in de hersenen: de hypothalamus. 
De hypothalamus werkt als een thermostaat. 
Normaal gesproken probeert het lichaam een temperatuur rond de 37 graden te handhaven. 
Wanneer een infectie optreedt, kan koorts optreden. 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

  • Koorts ontstaat door een verhoging van de streefwaarde van de thermostaat. 
  • In plaats van streven naar een waarde rond de 37 graden zal de streefwaarde bijvoorbeeld verschuiven naar 39 graden. 
  • Een cliënt die koorts krijgt, zal het in eerste instantie koud hebben. 
  • Dit komt doordat de lichaamstemperatuur bij koorts aanvankelijk 37 graden is terwijl de streeftemperatuur 39 graden is.

Slide 15 - Tekstslide

  • Door meer warmte te produceren (door bijvoorbeeld rillen en kippenvel) en warmteafgifte te beperken (bijvoorbeeld onder een deken gaan liggen) zal de lichaamstemperatuur stijgen. 
  • Bij het verdwijnen van koorts treedt het omgekeerde effect op. 
  • De lichaamstemperatuur is nog verhoogd, terwijl de streefwaarde weer gedaald is naar 37 graden. 
  • De cliënt zal het dan warm krijgen en gaan zweten om warmte kwijt te raken. 

Slide 16 - Tekstslide

Aangenomen wordt dat koorts bijdraagt aan het bestrijden van een infectie. 

Dit komt omdat koorts ervoor zorgt dat de stofwisseling sneller verloopt en de doorbloeding verbeterd. 

Hierdoor kunnen ziekteverwekkers makkelijker bestreden worden. 
  
 

Slide 17 - Tekstslide

Koorts op zichzelf is niet gevaarlijk, omdat de streefwaarde niet oneindig zal verhogen. 
Het is wel belangrijk dat cliënten met koorts hun warmte voldoende kwijt kunnen en goed blijven drinken.   

Paracetamol heeft invloed op de hypothalamus en onderdrukt hierdoor koorts. 
Het is daarom belangrijk om paracetamolgebruik te vermelden bij de temperatuurmeting.  

Slide 18 - Tekstslide

Welk deel van het lichaam regelt de lichaamstemperatuur?
A
De lever
B
De hypofyse
C
De hypothalamus
D
De hersenstam

Slide 19 - Quizvraag

Stelling: Koorts ontstaat door een tijdelijke verhoging van de streefwaarde van de thermostaat.

A
Dit is juist
B
Dit is niet juist

Slide 20 - Quizvraag

Stelling: Een cliënt die koorts krijgt, zal het in eerste instantie warm hebben.
A
Dit is juist
B
Dit is niet juist

Slide 21 - Quizvraag

Casus: Mevrouw Kooistra heeft griep. Ze heeft het heel erg warm en is veel aan het zweten.

Waarvan is meest waarschijnlijk sprake?
A
Het krijgen van koorts
B
Het verdwijnen van koorts
C
Een temperatuur boven de 40 graden
D
Geen van de antwoorden is goed

Slide 22 - Quizvraag

Temperatuur meten 
De temperatuur kan op verschillende plekken gemeten worden. 

  • rectaal
  • tympaan
  • oraal
  • axillair

Slide 23 - Tekstslide

Rectaal  (anus)

Bij de rectale temperatuurmeting wordt een thermometer via de anus ingebracht in het rectum.   

De rectale temperatuurmeting wordt als meest betrouwbaar gezien. 

Voor het inbrengen kan een plastic hoesje worden gebruikt en eventueel wat vaseline. 

Slide 24 - Tekstslide

In geval van aambeien of bij diarree dient men voorzichtiger te zijn. 

Hierbij kan de rectale temperatuurmeting pijnlijk zijn of letsel veroorzaken.   

Een rectale temperatuurmeting dient niet te worden toegepast wanneer cliënten recent zijn geopereerd aan het rectum of de prostaat of wanneer er verwondingen zijn in dit gebied.

Slide 25 - Tekstslide

Tympaan (oor)  

Bij het meten van de temperatuur in het oor wordt een speciale oorthermometer gebruikt. 

De thermometer wordt in het oor aangebracht, gericht op het trommelvlies. 

Het trommelvlies ligt relatief dicht bij de hypothalamus, waar de lichaamstemperatuur wordt geregeld. 

Slide 26 - Tekstslide

Hierdoor worden veranderingen in de temperatuur sneller gemeten dan op de andere plaatsen. 

Een nadeel is dat deze methode foutgevoeliger is dan de rectale temperatuur, omdat het niet altijd lukt om de thermometer goed op het  op het trommelvlies te richten. 

Slide 27 - Tekstslide

Oraal  (mond)

Bij de orale temperatuurmeting wordt de temperatuur in de mond van de patiënt gemeten. 

Deze methode is minder nauwkeurig dan de rectale temperatuurmeting. 

De temperatuur is over het algemeen 0,3 graden lager dan in het rectum. 

Slide 28 - Tekstslide

Een nadeel van deze methode is dat warm of koud voedsel of drinken korte tijd voor de meting invloed kan hebben. 

Roken heeft ook invloed op de meting. 

Wacht na eten, drinken of roken daarom minimaal 30 minuten voordat de meting wordt uitgevoerd. 

Slide 29 - Tekstslide

Axillair (oksel)  

Bij de axillaire temperatuurmeting wordt de thermometer in de oksel van de patiënt gehouden. 

Deze methode wordt als minst betrouwbaar gezien.

Slide 30 - Tekstslide

 Dit komt door de volgende factoren:  

  • De temperatuur van de huid is vaak kouder dan de kerntemperatuur. Hierdoor is deze meting 0,5 tot 1 graad lager dan de rectale temperatuur. 

  • Het wassen en drogen van de oksel kan door wrijving de temperatuur ter plaatse verhogen.  
  
 

Slide 31 - Tekstslide

Wat is de meest betrouwbare locatie om de temperatuur te meten?
A
Rectaal
B
Axillair
C
Oraal
D
Tympaan

Slide 32 - Quizvraag

Bij welke cliënten wordt een rectale temperatuurmeting wel toegepast?
A
Operatie aan rectum
B
Recente prostaatingreep
C
Verwondingen in anale gebied
D
Cliënten met waterdunne diarree

Slide 33 - Quizvraag

De temperatuur kan tympaan (in het oor), axillair (in de oksel), rectaal of oraal (in de mond) gemeten worden.
Welke meetmethode is het minst betrouwbaar?
A
Tympaan
B
Axillair
C
Rectaal
D
Oraal

Slide 34 - Quizvraag

MTH-theorielessen
20-1-2021: les 5 
27-1-2021: les 6
03-2-2021:les 7 
Toets gaat over theorie blok 2 les 1 t/m 7

Slide 35 - Tekstslide

Toetsen
MTH-praktijk: 
18-1-2021 & 25-1-2021

MTH-Theorie herkansing 1e blok: 1-2-2021
MTH- Theorie 2e blok: 8-2-2021 (tijdens praktijkles)

Slide 36 - Tekstslide