4.1 beweging [2D]

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

materiaal check

laptop

werkboek

schrift

potlood/pen

rekenmachine

Welkom! 

Planning:

PTO volgende toetsmoment	05 min
Evaluatie lessenserie Stoffen en Licht	05 min
Uitleg Paragraaf 4.1 Beweging	15 min
Maken paragraaf 4.1	20 min
Opdrachten bespreken	10 min
LessonUp Check	10 min
Lesafsluiting	05 min

H4 bewegen

4.1 snelheid

wat gaan we vandaag doen?

-evaluatie vorig hoofdstuk

-snelle uitleg

-snelle test -> kies je team

-afsluiten: aan elkaar presenteren

-huiswerk

wat vond je van de lessen van vorig hoofdstuk? wat ging goed? wat kon beter?

wat vond je van de woordenlijst? wat zou je anders willen? wat vond je juist fijn?

wat vond je van de spelletjes? wat zou je anders willen? wat vond je juist fijn?

www.detooropmavo.nl

wat heb je gehoord in het filmpje wat met snelheid te maken heeft?

grootheden en eenheden

grootheid	symbool	eenheid	symbool
afstand	s	meter	m
		kilometer	km
tijd	t	seconde	s
		uren	h
snelheid	v	meter per seconde of kilometer per uur	m/s km/h

rekenen met een verhoudingstabel

Max rijdt in zijn auto in 2 minuten en 30 seconden 25 kilometer

Wat is de gemiddelde snelheid van Max?

t = 2m30 = 150 s

s = 2,4km = 2400m

allebei delen door 150

v = 16 m/s

afstand	25000 m	16 m
tijd	150 s	1 s

stappen

stap 1 schrijf je gegevens op

stap 2 zet ze in de juiste eenheden

stap 3 zet ze in de verhoudingstabel

stap 4 reken uit en noteer je antwoord

Wat is de snelheid van .............................. als hij/zij naar de andere kant van het lokaal loopt?

Gegevens:

Gevraagd:

Formule:

Berekening:

Antwoord:

afstand
tijd		1 s

Huiswerk

Wat? Maak paragraaf 4.1 helemaal behalve de steropdrachten
Hoe? Werk zelfstandig binnen je groep 
Tijd? 20 min
Hulp? Probeer het samen op te lossen. Lukt het niet? Vraag dan de docent
Klaar? Maak ook de steropdrachten 

Wat is het symbool voor snelheid?
Wat is de eenheid van snelheid?

1. symbool: v eenheid: m/s
2. symbool: s eenheid: m/s
3. symbool: v eenheid: km/h
4. symbool: s eenheid: km/h

Snelheid

1. Grootheid
2. Eenheid

Wat is de formule voor snelheid?

1. v = s * t
2. v = t/s
3. v = s/t

Wat is de eenheid van de gemiddelde snelheid

1. h/km
2. s/m
3. m/s
4. g/cm

Wat betekent gemiddelde snelheid?

1. Dat het de werkelijke snelheid is op het moment zelf.
2. Een snelheid die is berekend over een bepaalde afstand en tijd.
3. De snelheid die je hebt op het midden van de afstand

Jayme fietst naar school. Hij fietst 12km in een 45 minuten. bereken zijn gemiddelde snelheid in km/h

Juul loopt naar de supermarkt. ze loopt 150 meter in 60 seconden. wat is haar gemiddelde snelheid in m/s?

Justin loopt met een gemiddelde snelheid van 12 km/h. hoeveel afstand heeft hij afgelegd in 30 min?

Snelheid berekenen

grootheid	eenheid 1	eenheid 2
afstand (s)	meter (m)	kilometer (km)
tijd (t)	seconde (s)	uur (h)
snelheid (v)	meter per seconde (m/s)	kilometer per uur (h)

verhoudingstabel

oefenen

Amir fiets 7 kilometer in 30 minuten hoe snel fietst Amir in km/h?

stap 1 wat is er gegeven?

oefenen

Amir fiets 7 kilometer in 30 minuten hoe snel fietst Amir in km/h?

stap 1 wat is er gegeven?

s = 7 km

t = 30 min

oefenen

Amir fiets 7 kilometer in 30 minuten hoe snel fietst Amir in km/h?

stap 2 juiste eenheden

s = 7 km

t = 30 min

oefenen

Amir fiets 7 kilometer in 30 minuten hoe snel fietst Amir in km/h?

stap 2 juiste eenheden

s = 7 km

t = 30 min -> 0,5 h

oefenen

Amir fiets 7 kilometer in 30 minuten hoe snel fietst Amir in km/h?

stap 3 uitrekenen

s = 7 km

t = 30 min -> 0,5 h

afstand	7km
tijd	0,5 h

oefenen

Amir fiets 7 kilometer in 30 minuten hoe snel fietst Amir in km/h?

stap 3 uitrekenen

s = 7 km

t = 30 min -> 0,5 h

afstand	7km
tijd	0,5 h	1 h

oefenen

Amir fiets 7 kilometer in 30 minuten hoe snel fietst Amir in km/h?

stap 3 uitrekenen

s = 7 km

t = 30 min -> 0,5 h

afstand	7km	14 km
tijd	0,5 h	1 h

oefenen

Amir fiets 7 kilometer in 30 minuten hoe snel fietst Amir in km/h?

stap 4 antwoord

dus 14 km/h

afstand	7km	14 km
tijd	0,5 h	1 h

oefenen opgave uit het boek

maak opdracht

2,4, 5, 8, 9, 10

presenteer aan elkaar wat je hebt gedaan

1 persoon per groepje

15 min

5 min per persoon

huiswerk

maak opgave

1, 2, 5, 8, 9, 11, 12, 13, 14 (v.a. pagina 165)

extra oefenen: 16, 17

extra uitdaging: 18, 19