Kun je de acceleratie berekenen aan de hand van de snelheidsverandering (Δv) in de benodigde tijd (Δt).
Kun je uit een v,t-diagram de afgelegde afstand bepalen.
Slide 4 - Tekstslide
Voor deze uitleg heb je nodig:
Lesboek hoofdstuk 5 paragraaf 1: pagina 186 t/m 188
Het onderdeel over: ‘afgelegde weg bepalen’ behandel ik de volgende les.
Slide 5 - Tekstslide
Bewegingen en kracht
Dit hoofdstuk gaat over soorten bewegingen. Je zult veel te maken krijgen met vraagstukken over verkeerssituaties.
Geen voorrangsregels of borden, maar wel snelheid, botsingen, reactietijd en remweg.
Veel rekenwerk & grafieken.
Belangrijke signaalwoorden die in opgaven worden gebruikt:
Bereken = uitrekenen aan de hand van gegevens en eventueel een formule. Bepaal = aan de hand van een grafiek een getal bepalen.
Slide 6 - Tekstslide
Belangrijke grootheden (klas 2)
Slide 7 - Tekstslide
Snelheid omrekenen:
Slide 8 - Tekstslide
Eenparige beweging – een beweging waarbij de snelheid constant is.
v = constant
a = 0 Voorbeeld: een auto rijdt op cruise control 100 km/h op de snelweg.
Eenparig versnelde beweging – een beweging waarbij de snelheid geleidelijk groter wordt.
v wordt steeds groter
a = constant Voorbeeld: een auto rijdt geleidelijk steeds sneller.
Eenparige vertraagde beweging – een beweging waarbij de snelheid geleidelijk kleiner wordt.
v wordt steeds kleiner
a = constant Voorbeeld: een auto remt geleidelijk af.
Slide 9 - Tekstslide
Wat voor beweging wordt met deze grafiek beschreven?
Slide 10 - Tekstslide
Plaats op een bepaald tijdstip
Snelheid op een bepaald tijdstip
Wat is de richtingscoëfficiënt van deze lijn?
rico = ∆𝑦/∆𝑥= 20/10=2
Dus y = 2x
Acceleratie op een bepaald tijdstip
Een (x,t) diagramme
Een (v,t) diagramme
Een (a,t) diagramme
Slide 11 - Tekstslide
Er zit nog meer verband tussen deze drie grafieken.
Dit verband ga ik in de volgende les iets meer toelichten.
Het gaat hier om het bepalen van de afgelegde afstand met een v,t-diagram.
Slide 12 - Tekstslide
Hoe kun je nu die acceleratie berekenen?
De snelheidsverandering per seconde (ook wel versnelling genoemd of om het niet te verwarren qua letters noem ik het acceleratie) is te berekenen met de volgende formule:
𝑎= ∆𝑣/∆𝑡
a is de acceleratie in meters per seconde per seconde (oftewel meters per seconde kwadraat) (m/s2)
Δv is de verandering in snelheid in m/s
Δt is de verandering in tijd in s
Slide 13 - Tekstslide
Voorbeeldsom (opgave 1 uit de verrijking)
Een fietser bereikt vanuit stilstand in 8,0 seconden een snelheid van 25,2 km/h.
Bereken de versnellinga in m/s2.
Soort beweging? ----> eenparig versneld
veind = 25,2 km/h : 3,6 = 7,0 m/s
Δv = vanuit stilstand naar 7,0 m/s dus 7,0 m/s
Δt = in 8,0 s
𝑎 = ∆𝑣/∆𝑡 = 7/8=0,875 𝑚/𝑠^2
𝐷𝑢𝑠 𝑖𝑛 2 𝑠𝑖𝑔𝑛𝑖𝑓𝑖𝑐𝑎𝑛𝑡𝑒 𝑐𝑖𝑗𝑓𝑒𝑟 𝑎 = 0,88 𝑚/𝑠^2
Slide 14 - Tekstslide
Zelfstandig werken
Zelfstandig werken (Magister)
Lees paragraaf 1 van hoofdstuk 5 vanaf pagina 186.
Lees de introductie van de verrijkingsstof door.
Maak verrijkingsopgave 1, 2 en 3 (zie Magister > ELO > Studiewijzers)