5.3 De Reformatie

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Reformatie

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Wat is Humanisme?
A
geloven in de kracht van de mens
B
het geloof dat God niet nodig is voor zingeving
C
vertrouwen op je eigen denkvermogen
D
Alle drie zijn waar

Slide 5 - Quizvraag

Waarom begon de renaissance in Italië?

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

Wie was Maarten Luther?

Slide 8 - Open vraag

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Luther
Calvijn

Slide 12 - Tekstslide

Luther
(aantekening)
Calvijn
(aantekening)

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen wat de Reformatie is, en welke gevolgen dit voor de Kerk én de inwoners van Europa had.

Slide 16 - Tekstslide


Protestantse kerk of
Katholieke kerk?

Verering van heiligen
A
Protestantse kerk
B
Katholieke kerk

Slide 17 - Quizvraag


Protestantse kerk of
Katholieke kerk?

Verering van relieken
A
Protestantse kerk
B
Katholieke kerk

Slide 18 - Quizvraag

Welke van de stellingen is juist?


1 Toen Luther zijn stellingen bedacht wilde hij een
nieuwe kerk beginnen.
2 De Paus wilde wel met Luther praten over zijn
ideeën.
A
Alleen 1 is juist
B
Alleen 2 is juist
C
Beide zijn juist
D
Beide zijn onjuist

Slide 19 - Quizvraag




Maarten Luther is het niet eens met de grote rijkdommen
van de Kerk en de geestelijken.
Op welke manier kwam de Kerk aan haar rijkdommen?
A
Mensen kochten hun zonden af met een aflaat.
B
Mensen handelden met de Kerk.
C
De Kerk veroverde rijke gebieden.
D
Mensen hadden medelijden met Kerk en gaven geld.

Slide 20 - Quizvraag

Belang van dit onderwerp

Slide 21 - Tekstslide

Reformatie (2)
  • Belangrijkste hervormers: Maarten Luther en Johannes Calvijn

  • In 1517 komt Luther met 95 stellingen (vooral tegen aflaten)

  • Hij hoopt dat de Paus mee wil denken en de Kerk zal hervormen

  • Luther wordt echter door de Paus in de ban gedaan

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Het optreden van Luther had grote gevolgen voor de kerk en voor het Duitse rijk. Leg dit uit.

Slide 24 - Open vraag

Noem 2 denkbeelden van Luther die de leer en het gezag van de kerk aantastten.

Slide 25 - Open vraag

Een bewering: zonder de uitvinding van de boekdrukkunst was het niet tot een kerkscheuring gekomen. Geef een argument vóór en een argument tegen deze bewering.

Slide 26 - Open vraag


Waarom heeft Luther succes?

  • Door de uitvinding van de boekdrukkunst kunnen de teksten van Luther snel worden gekopieerd en verspreid.
  • Luther wordt gesteund én beschermd door machtige Duitse vorsten.
  • De ideeën (van eenvoud en soberheid) spreken veel arme gelovigen aan.
  • Veel gelovigen zijn het niet eens met de aflaten: Luther durft er iets van te zeggen.

Slide 27 - Tekstslide

Maarten Luther (1483-1546)
Duitse monnink die grote moeite had met de aflaten en levensstijl van de geestelijken. 
Veel aanhangers in Duitsland.
Johannes Calvijn (1509-1564)
Zwitserse hervormer die vond dat beelden niet in de Kerk thuishoorden. 
Veel aanhangers in Nederland

Slide 28 - Tekstslide

Van Nederlanders wordt soms gezegd dat ze een calvinistische mentaliteit hebben. Welke eigenschappen worden dan bedoeld en welke historische argumenten kun je hiervoor aandragen?

Slide 29 - Open vraag

Gevolgen van de reformatie
  • Splitsing in de christelijke kerk (1517): ontstaan van de protestantse kerken (ook wel: hervormde- of gereformeerde kerk) naast de katholieke Kerk

  • Protestantse kerk spreekt veel (arme) mensen in West-Europa aan.

  • Vervolging van protestanten (ketters)

Slide 30 - Tekstslide

Protestantse kerk
  • Christelijke kerk

  • Er is geen duidelijke leider

  • De mis (kerkdienst) en de Bijbel zijn in de volkstaal

  • Geen beelden en/of verering van heiligen en relieken (is afleiding)

  • Sobere handelingen

Slide 31 - Tekstslide

Het verloop van de Reformatie 

Het Duitse rijk werd verscheurd door oorlog tot de Godsdienstvrede van Augsburg in 1555: elke vorst bepaalde voortaan de religie in zijn gebied. 

In Frankrijk was vanaf 1562 bloedige strijd: de 'bloedbruiloft' in 1572. Met het Edict van Nantes van 1598 kregen hugenoten (calvinisten) rechten.  

In Engeland ontstond in 1534 de protestantse Anglicaanse kerk geleid door de koning. Gesteund
door Spanje was er nog jaren katholiek verzet.

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Een geschiedenis:
In 1546 brak een oorlog uit tussen Karel V en een aantal protestantse Duitse vorsten, die een jaar later in de Slag bij Mühlberg door Karel V werd gewonnen. In 1555 sloten Karel V en de Duitse vorsten de Vrede van Augsburg waarin de afspraak cuius regio, eius religio werd opgenomen.
Een historicus concludeert over deze geschiedenis dat Karel V de oorlog won, maar de vrede verloor.
2p 8 Geef aan:
-dat de oorlog tussen Karel V en de Duitse vorsten verband hield met
ontwikkelingen sinds het optreden van Luther op de Rijksdag in
Worms en - waarom het vredesverdrag een nederlaag was voor het beleid van Karel V.

Slide 34 - Open vraag

huiswerk
doorlezen de Nederlandse opstand
maken samenvattende vragen 

Slide 35 - Tekstslide