Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1
In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Basisveiligheid VCA
Examenvragen
Hoofdstuk 5 - Bijzondere werkomstandigheden
Scan de QR code en voer je naam in
Slide 1 - Tekstslide
Acetyleen- en propaanflessen moeten rechtop staan of liggen onder een hoek van minimaal 30 graden.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 2 - Quizvraag
Jan en Mo hebben hun hangsteiger gebruiksklaar gemaakt. Ze willen eerst koffie gaan drinken voordat ze gaan werken.
A
Ze moeten de steiger eerst testen voordat ze koffie gaan drinken.
B
Iemand moet achterblijven bij de hangsteiger.
C
Ze moeten de harnasgordels afdoen wanneer ze koffie gaan drinken.
Slide 3 - Quizvraag
Je bent bezig met graafwerkzaamheden. Wanneer graaf je zorgvuldig?
A
Als je proefsleuven graaft.
B
Als je op aanwijzingen van de Inspectie SZW graaft.
C
Als je een getande graafbak gebruikt.
Slide 4 - Quizvraag
Je werkt voor een aannemer bij een chemisch bedrijf. Tijdens de sluiting van de installatie zie je veel stoom vrijkomen. Op één plek zie je een zelfde soort damp, maar je twijfelt of het wel stoom is. Wat is de juiste actie?
A
Je gaat naar de plek om te zien of het stoom of een ander gas is.
B
Je zoekt alvast een brandblusser voor als het een brandbaar gas is.
C
Je blijft op afstand en bespreekt de situatie onmiddellijk met een medewerker van het chemisch bedrijf.
Slide 5 - Quizvraag
U werkt op een schuin dak met onvoldoende draagvermogen. Wat dient u hierbij te gebruiken als veiligheidsvoorziening?
A
Steigers.
B
Loopplanken.
C
Kunststof folie.
Slide 6 - Quizvraag
Vanaf welke hoogte moet de werkgever wettelijke maatregelen nemen om valgevaar te voorkomen?
A
Vanaf 2,5 m.
B
Vanaf 1,5 m.
C
Vanaf 3,5 m.
Slide 7 - Quizvraag
Wat is belangrijk tijdens het werken met een hangsteiger?
A
De ruimte onder de hangsteiger moet zijn afgezet met lint of hekken.
B
Het dragen van een harnasgordel is verplicht boven een hoogte van 25 m.
C
Alleen bij windkracht 5 of meer mag de steiger worden gebruikt.
Slide 8 - Quizvraag
Wat is de beste veiligheidsvoorziening bij een vloeropening?
A
De vloeropening moet afgedekt worden met materiaal dat zware lasten kan dragen.
B
De vloeropening moet goed verlicht worden.
C
Rondom de vloeropening moeten voldoende waarschuwingsborden worden geplaatst.
Slide 9 - Quizvraag
Wat is het kenmerk van een besloten ruimte?
A
De temperatuur in de ruimte wijkt af van de buitentemperatuur.
B
De ruimte kent nauwelijks natuurlijke ventilatie.
C
De ruimte bevat van nature altijd frisse lucht.
Slide 10 - Quizvraag
Wat is verplicht bij het werken met een werkbak?
A
De werkbak moet zijn opgehangen aan een ketting of staalkabel.
B
Iedereen in de werkbak moet in het bezit zijn van een portofoon.
C
Iedereen in de werkbak moet een harnasgordel dragen die aan de werkbak vastzit.
Slide 11 - Quizvraag
Welke extra maatregel moet je in besloten ruimtes nemen als je zuurstof- en gasflessen gaat gebruiken?
A
Vooraf de gasslangen controleren op lekkage.
B
De gasdrukreduceer lager zetten dan gebruikelijk.
C
De gasflessen in de besloten ruimte borgen tegen omvallen.
Slide 12 - Quizvraag
Welke maatregelen moet u nemen om brandgevaar te voorkomen bij lassen in een besloten ruimte?
A
Het gebruiken van lasapparatuur op veilige spanning.
B
Het weghalen van brandbare stoffen in de besloten ruimte.
C
De vrijgekomen lasdampen direct afzuigen.
Slide 13 - Quizvraag
Alleen personen ouder dan 16 jaar mogen in besloten ruimten werken.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quizvraag
Beweegbare delen in een besloten ruimte moeten elektrisch of mechanisch vergrendeld worden.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 15 - Quizvraag
Bij het las- en snijwerkzaamheden in een besloten ruimte, maak je gebruik van plaatselijke afzuiging.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 16 - Quizvraag
Bij het werken met een hoogwerker is een veiligheidsharnas verplicht.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quizvraag
Bij sloopwerkzaamheden met asbest moet een stoffilter P2 gebruikt worden.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 18 - Quizvraag
Bij verfwerkzaamheden in een besloten ruimte dien je gebruik te maken van filtermaskers.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quizvraag
Een gevaar bij graafwerkzaamheden is elektrocutie.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quizvraag
Een rolsteiger mag gebruikt tot en met windkracht 7.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quizvraag
Een staande steiger mag alleen betreden worden wanneer de steiger vrijgegeven is m.b.v. een steigerkaart.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 22 - Quizvraag
Volgens de wet is er sprake van valgevaar bij het werken boven 2,0 meter.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 23 - Quizvraag
Wanneer een ladder gebruikt wordt om naar een volgende verdieping te gaan, moet deze minimaal 75 cm uit steken.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 24 - Quizvraag
Wanneer er binnen 4 meter van de dakrand van een plat dak gewerkt wordt, is dakrandbeveiliging verplicht.