Nieuwsbegrip Sjakie en de Chocoladefabriek

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Terugblik vorige les (Arm - Rijk)
  • Kijken naar titel en kopjes (woordweb maken)
  • Jeugdjournaal bekijken
  • Tekst actief lezen
  • Mindmap maken
  • Quiz

Slide 2 - Tekstslide

Heb jij het boek van Sjakie en de chocoladefabriek al gelezen?
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quizvraag

Woorden van de week

Slide 4 - Tekstslide

We kijken het  jeugdjournaal

Slide 5 - Tekstslide

Twee vragen over het jeugdjournaal:

Slide 6 - Tekstslide

Wie heeft het boek "Sjakie en de chocoladefabriek" geschreven?

Slide 7 - Open vraag

Wat vinden mensen van zijn schrijfstijl?
A
Grappig
B
Soms griezelig
C
Beetje mysterieus
D
Moeilijk te begrijpen

Slide 8 - Quizvraag

Vragen stellen bij de tekst. Waarom?
  • Ik word nieuwsgierig naar de tekst
  • Ik lees de tekst actiever en preciezer
  • Ik denk er goed over na of ik de tekst nog begrijp

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Lees het stukje met het kopje Inspiratie nog eens. Welke bewering is waar?

Slide 12 - Tekstslide

1. Lees het stukje met het kopje Inspiratie nog eens. Welke bewering is waar?
A
Roald Dahl haalde onder andere inspiratie uit de verhalen van zijn Noorse moeder over trollen en reuzen.
B
Roald Dahl had op kostschool les van juffrouw Bulstronk, die hem in het Stikhok opsloot.
C
Roald Dahl mocht in zijn kostschooltijd op bezoek komen in de chocoladefabriek van meneer Cadbury
D
Roald Dahl schreef de verhalen die zijn Noorse moeder hem vertelde over trollen en reuzen op.

Slide 13 - Quizvraag

In r. 21 staat: Daarbij houdt Dahl ervan om te overdrijven en karikaturen te gebruiken. Wat is een karikatuur?
A
Een geraamte van een dier
B
Een grappig woord
C
Een overdreven beeld van iemand
D
Een slecht karakter

Slide 14 - Quizvraag

Lees het stukje met het kopje Taal nog eens. Zijn de kwetsende woorden in de Nederlandse versies van de boeken van Roald Dahl vervangen?
A
Nee, de Nederlandse versies zijn niet aangepast.
B
Ja, de ergste woorden zijn vervangen, dus alleen de aangepaste verhalen bestaan nog.
C
Ja, er zijn twee versies: de oorspronkelijke en de aangepaste verhalen.
D
Het antwoord staat niet in de tekst.

Slide 15 - Quizvraag

4. Wat betekent veel ophef veroorzaken (r. 38)?
A
Veel reclame maken
B
Veel ruzie uitlokken
C
Voor veel gedoe zorgen
D
Voor veel verbeteringen zorgen

Slide 16 - Quizvraag

Je hebt nu de hele tekst gelezen. Welke zin zou je kunnen toevoegen aan het slot van de tekst? Kies de zin die het beste past als laatste zin.
A
Als alle verhalen van Roald Dahl op Netflix komen, dan is die kans klein.
B
Als de fantasierijke stijl van Dahl kinderen blijft aanspreken, dan is die kans groot.
C
Als de kwetsende woorden uit Dahls verhalen worden aangepast, dan is die kans groot.
D
Als volwassenen de boeken van Roald Dahl gaan lezen, dan is die kans groot.

Slide 17 - Quizvraag