De Samenhang tussen In- en Externe Oorzaken van Armoede

De Samenhang tussen In- en Externe Oorzaken van Armoede

Leerdoel

Aan het einde van de les begrijp je dat in- en externe oorzaken van armoede met elkaar samenhangen.

Wat weet je al over de samenhang tussen in- en externe oorzaken van armoede?

Wat is armoede?

Armoede is een toestand waarin mensen niet beschikken over voldoende middelen om te voorzien in hun basisbehoeften, zoals voedsel, onderdak en gezondheidszorg.

Interne oorzaken van armoede

Interne oorzaken van armoede zijn factoren die te maken hebben met het individu zelf, zoals gebrek aan opleiding, gezondheidsproblemen of werkloosheid.

Externe oorzaken van armoede

Externe oorzaken van armoede zijn factoren buiten de controle van het individu, zoals economische recessies, politieke instabiliteit of natuurrampen.

Samenhang tussen in- en externe oorzaken

In- en externe oorzaken van armoede zijn vaak met elkaar verbonden. Bijvoorbeeld, gebrek aan onderwijs kan leiden tot werkloosheid (interne oorzaak) en economische recessies kunnen leiden tot banenverlies (externe oorzaak).

Effecten van armoede

Armoede heeft verschillende effecten op zowel individuen als samenlevingen, zoals gezondheidsproblemen, sociale uitsluiting en verminderde economische groei.

Het doorbreken van de armoedecyclus

Om armoede te bestrijden, is het belangrijk om zowel interne als externe oorzaken aan te pakken. Dit kan onder andere door het bieden van onderwijs, toegang tot gezondheidszorg, economische ontwikkeling en sociale voorzieningen.

Samenvatting

In deze les hebben we geleerd dat in- en externe oorzaken van armoede met elkaar samenhangen. Armoede heeft diverse effecten en het doorbreken van de armoedecyclus vereist een aanpak van zowel interne als externe factoren.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.