Betoog 4: start oefenbetoog

Welkom
Pak je laptop, zet hem alvast aan. Leg ook je leesboek klaar

                                                    Nederlands vwo 4
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Pak je laptop, zet hem alvast aan. Leg ook je leesboek klaar

                                                    Nederlands vwo 4

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Betoog
  • Ik ken de stappen van het schrijfproces.
  • Ik weet hoe je een bouwplan invult. 
  • Ik ken de opbouw van een betoog.

Slide 3 - Tekstslide

Succesvol schrijven
Schrijvers die goede teksten produceren, blijken hun schrijfproces te verdelen in drie fasen:
 
1 inhoud genereren en structureren; (wát en volgorde)
2 tekst produceren;
3 tekst reviseren (verbeteren). (1. inhoud, 2. taal, 3. spelling)

Slide 4 - Tekstslide

1. Bouwplan
Voorbeeld


Zie ook H3, P1

Slide 5 - Tekstslide

Inleiding
  • deel 1: aandacht trekken: voorbeeld/anekdote/geschiedenis/actualiteit
--> de lezer moet nieuwsgierig worden

  • deel 2: onderwerp introduceren: 
       vraag stellen/standpunt benoemen/opbouw tekst 
--> de lezer moet weten waar je tekst over gaat

Slide 6 - Tekstslide

Middenstuk
  • minimaal 3 argumenten vóór
  • 1 tegenargument met weerlegging
  • AUB: argument, uitleg, bewijs/bijvoorbeeld.
Iedereen moet een pluisbolletje bij zich dragen. 
Ten eerste biedt zo'n bolletje troost. Het geeft je namelijk een vriend die altijd bij je is (...). Zo voelde Sandra zich altijd blij met haar blauwe vriendje in de broekzak. 

Slide 7 - Tekstslide

Middenstuk
  • elk deelonderwerp een inhoudelijk tussenkopje: goede functie, handig hulpmiddel.
  • maak gebruik van signaalwoorden: opsommende argumenten: ten eerste, ten tweede. Onderbouwing: immers, want, omdat. Voorbeelden: zo, ter illustratie, als voorbeeld.
  • denk aan bronvermelding: (achternaam, jaartal).

Slide 8 - Tekstslide

Slot
  • start met een signaalwoord van samenvatting: al met al, concluderend, kortom. 
  • herhaal alle kernzinnen in andere woorden
  • eindig met een uitsmijter (bijvoorbeeld door terug te komen op je inleiding) of toekomstverwachting.

Voorbeeldbetoog bekijken

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht
  • Bekijk de artikelen (studiewijzer: schrijfvaardigheid). 
  • Bepaal een standpunt.
  • Markeer (met verschillende kleuren) voor- en tegenargumenten)
  • Vul het bouwplan in.
  • Klaar? Laat controleren. Begin dan met het uitwerken van het middenstuk.  

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk

  • Boek uitlezen (11 juni)
  • Dinsdag a.s. herkansing 
  • Bouwplan inleveren via opdrachten in Magister

Slide 11 - Tekstslide