4.3 Lichaamstaal

Startklaar!
- Jassen uit
- Boeken erbij
- Wees rustig



1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 35 min

Onderdelen in deze les

Startklaar!
- Jassen uit
- Boeken erbij
- Wees rustig



Slide 1 - Tekstslide

Planning
Lezen 4.3
Uitleg over 4.3
Aan de slag
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je weet wat lichaamstaal is.
  • Je kunt 6 verschillende emoties herkennen aan de gezichtsexpressie.
  • Je weet wat biologen bedoelen met het begrip “signaal”.
  • Je weet wat biologen bedoelen met het begrip “overdreven signaal”.
  • Je weet hoe signalen van jonge dieren opvoed gedrag bij de ouders oproepen.
  • Je weet wat gebarentaal is.

Slide 3 - Tekstslide

Lichaamstaal
Met je lichaam kan je laten zien hoe jij je voelt -> lichaamstaal

Dat kan je doen met verschillende emoties bijvoorbeeld

Slide 4 - Tekstslide

Emoties
Er zijn veel verschillende emoties

Blij, verdrietig, boos, verbaasd en ga zo maar door.

Slide 5 - Tekstslide

Welke emotie
zie je hier?
A
Blij
B
Boos
C
Verdrietig
D
teleurgesteld

Slide 6 - Quizvraag

Welke emotie zie je hier?
A
Boos
B
Enthousiast
C
Blij
D
Verdrietig

Slide 7 - Quizvraag

Signalen
Als je lichaamstaal goed doet, kan dit een signaal afgeven.

Signaal -> prikkel waarop andere dieren/mensen op reageren

Slide 8 - Tekstslide

Overdreven signalen
als je een signaal extreem maakt, wordt die overdreven.

Effect: vallen extra op en roepen sterke reacties op.

Bij knuffels bijvoorbeeld:
- Grotere kop
- Grotere snuit

Slide 9 - Tekstslide

Wat is een signaal in de biologie?
A
Wifi
B
Hetzelfde als in natuurkunde
C
Prikkel die niks doet
D
Prikkel waarop gereageerd kan worden

Slide 10 - Quizvraag

Gebarentaal
Als je doof bent is gebarentaal de beste manier om te communiceren.

Meer dan 120 verschillende gebarentalen!


Slide 11 - Tekstslide

Welke woord wordt
hier uitgebeeld in
gebarentaal?
A
Graven
B
Vechten
C
Hamsteren
D
Rennen

Slide 12 - Quizvraag

Aan de slag
Paragraaf 4.3 lichaamstaal:
Vraag 1 t/m 6, 9, 10, 12, 13, 15 & 16

Dit is Huiswerk voor de volgende keer!

Slide 13 - Tekstslide