4.3 In en om het kasteel deel 1


De Middeleeuwen

3. In en om het kasteel
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


De Middeleeuwen

3. In en om het kasteel

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Tijd van Monniken en Ridders
(500-1000)
(Vroege Middeleeuwen)
Tijd van Steden en Staten
(1000-1500)
(Late Middeleeuwen)

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

  • kun je herkennen en uitleggen hoe de mensen in de vroege middeleeuwen leefden en hoe de samenleving was ingedeeld.

  • kun je zelf een tekening maken van een domein waarop duidelijk wordt hoe leven was in de vroege middeleeuwen. 

  • kun je verklaren waarom veel vrije boeren toch horige werden. 

Slide 4 - Tekstslide

Onveiligheid na de val van het Romeinse Rijk
Zonder de Romeinen is het niet langer veilig in Europa:
  • Groepen rovers trekken rond
  • De wegen worden steeds slechter
  • Steden vervallen
  • Handel en nijverheid verdewenen

                                                               gevolg



Mensen zoeken bescherming in ruil voor arbeid.

Slide 5 - Tekstslide

Het domein
  • Door die onveiligheid (oorzaak) ontstonden er beveiligde dorpen (gevolg).

  • Een dorp met landbouwgrond heette een domein.

  • De leenman, bijvoorbeeld een ridder, was de baas van een domein: alle grond was van hem.

  • Hij woonde soms in een houten kasteel en soms in een grote boerderij.

  • Vrije boeren 'verkochten' zichzelf aan de leenman om bescherming te krijgen, ze werden horigen.
Let op, kastelen in de vroege middeleeuwen waren van hout en een kasteel in die tijd was vaak niet meer dan een grote toren. Dat is dus iets anders dan de grote kastelen van steen die wij nu nog kennen.
Het kasteel was vaak op een heuvel gebouwd, dan had de leenman veel overzicht en was hij veiliger.

Slide 6 - Tekstslide

Het kasteel was niet meer dan een versterkte wachttoren. Hier woonde de leenheer als er gevaar was.
Het gebied buiten het domein bestond uit de grond van de vrije boeren en de woeste gronden zoals bossen.
De vrije boeren moesten tijdens een oorlog wél meevechten met de leenheer. De wapenuitrusting moesten ze dan zelf betalen.
De akkers van de leenheer werden bewerkt door horigen. Er waren akkers waarbij de volledige opbrengst naar de heer ging, en er waren akkers waarbij een deel van de opbrengst voor de horige boeren was.
De grote boerderij (hoeve) is van de leenheer. Hier woonde de leenheer als er geen gevaar was. De opbrengsten van zijn akkers werd in schuren opgeslagen. In woningen naast de boerderij woonden de horige boeren als er gevaar dreigde, zoals oorlog.
Bij het grote boerderij waren stallen voor de dieren en boomgaarden.
Horigen woonden in vredestijd buiten de veilige muren
Het domein was eigendom van de heer die daar met zijn horigen woonde. Het domein was een dorp dat helemaal voor zichzelf kon zorgen, zij hadden dus niemand anders nodig.

Op het domein waren de huizen van hout gemaakt. Het enige gebouw dat van steen gebouwd was, was de kerk. Geloof was voor de mensen in de middeleeuwen namelijk erg belangrijk en ik Europa was bijna iedereen christelijk.

Slide 7 - Tekstslide

Het drieslagstelsel
  • Als landbouwgrond elk jaar wordt gebruikt, dan wordt de grond onvruchtbaar, waardoor de oogst steeds minder wordt.

  • Met het drieslagstelsel werd de grond verdeeld in drie stukken,
    waarbij elk jaar één stuk grond niet gebruikt werd (braak).  

  • Hierdoor kon de grond herstellen en werd de opbrengst hoger. Een belangrijke verandering dus!

Slide 8 - Tekstslide

Braak
🐄
Zomergraan
🏖
Hoe werkt het drieslagstelsel?
Jaar 1 
Jaar 2 
Jaar 3 
Wintergraan
☃️
Zomergraan
🏖
Braak
🐄
Wintergraan
☃️
Braak
🐄
Wintergraan
☃️
Zomergraan
🏖
Het land werd in drie stukken verdeeld. Ieder jaar was er een stuk waarop zomergraan werd verbouwd, een stuk waar wintergraan op werd verbouwd en een stuk dat braak lag.

Slide 9 - Tekstslide

Teken het domein
Je bedenkt wat er allemaal nodig is op een domein. Dus: aan welke eisen moet een domein voldoen om een domein te kunnen zijn? 
  • Gebruik hierbij je bronnen die je gekregen hebt. Markeer alles wat op of om het domein aanwezig moet zijn.

Teken een middeleeuws domein. Gebruik daarvoor het A4-papier dat je gekregen hebt. 
  • Dit doe je in de vorm van een plattegrond met een legenda.

Hints: eten, drinken, kleding, huizen, warmte, gereedschappen, beroepen, indeling, etc.  

Slide 10 - Tekstslide

Een domein bestond uit een grote boerderij/ houten toren waarin de leenman woonde. Daaromheen waren de huizen van de horigen en andere arbeiders. Om het domein was vaak een muur gebouwd met daaromheen weer een gracht, dit zorgde ervoor dat de bewonders zich veilig konden terugtrekken bij een aanval.
Buiten de muren was de landbouwgrond en graasden de dieren.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video