Het Romeinse Rijk

Het Romeinse Rijk
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Het Romeinse Rijk

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Introductie Romeinen (5 min)
Uitleg 2.2 (15 min)
Aan de slag! (30 min)

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Romeinse Rijk

Slide 4 - Woordweb

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe Rome van een klein dorp uitgroeide tot een wereldrijk.
  • Je kunt met twee voorbeelden uitleggen hoe de Romeinen in hun grote rijk zo lang de baas konden blijven.

Slide 5 - Tekstslide

2.2
750 v.C. ontstond Rome aan de Tiber*

Gebieden veroveren!

Slide 6 - Tekstslide

2.2
Italië
  • Gebieden rond Middellandse zee
  • Carthago
  • Rest van Europa

Romeinse Rijk: een groot gebied dat tussen 300 v.C. en ongeveer 500 n.C. werd bestuurd vanuit Rome

Slide 7 - Tekstslide

Hoe konden Romeinen zo lang de baas blijven in hun rijk?

Slide 8 - Open vraag

2.2
Romeinen bleven de baas in hun rijk door

  • Beroepsleger= een leger dat bestaat uit soldaten die van vechten hun beroep hebben gemaakt
  • Bondgenoot= een volk of land dat samenwerkt met een ander volk of land

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak opdracht 1 t/m 9 van 2.2
Klaar en tijd over? Werk verder aan je prestatie

Slide 10 - Tekstslide

Programma
Herhaling 2.2 (10 min)
Uitleg 2.3 (15 min)
Aan de slag! (20 min)

Slide 11 - Tekstslide

Herhaling 2.2
Opdracht
1. Teken een soldaat in je schrift
2. Bedenk en teken wat voor uitrusting de soldaat heeft

Slide 12 - Tekstslide

2.2
Germanen: een verzameling volken die in het gebied van Duitsland en Nederland leefden, zoals de Bataven*

Vermenging van gebruiken/cultuur*

Slide 13 - Tekstslide

Romeins fort
Romeins badhuis

Slide 14 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat de gevolgen waren van de Romeinse veroveringen voor de Germanen

Je kunt uitleggen wie de macht hadden in de Romeinse Republiek en wie in het Romeinse Keizerrijk.

Slide 15 - Tekstslide

2.3
Gezamenlijk lezen 'Van republiek naar keizerrijk'

Slide 16 - Tekstslide

2.3
Rome wordt een republiek!

Republiek: een land zonder koning, dat bestuurd wordt door een of meer gekozen leiders*

Slide 17 - Tekstslide

2.3
Opdracht
1. Lees alinea 'Van republiek naar keizerrijk'
2. Maak tekeningen bij de begrippen senaat en consuls
3. Schrijf een kort stukje tekst onder de tekening waarin je het begrip uitlegt

Slide 18 - Tekstslide

Programma
Wat hebben jullie getekend?(5 min)
Uitleg 2.3 (20 min)
Aan de slag met godenposter (25min)

Slide 19 - Tekstslide

Wat hebben jullie getekend?
Tekeningen van de senaat en consul

Slide 20 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt vier sociale lagen in de Romeinse samenleving beschrijven.
  • Je kunt twee voorbeelden noemen van de Grieks-Romeinse cultuur.

Slide 21 - Tekstslide

2.3
Julius Caesar

48 v.C. alleenheerser

44 v.C. vermoord

Slide 22 - Tekstslide

2.3
In 27 v.C. kreeg Augustus de macht*

Het Romeinse Rijk wordt nu een keizerrijk*

Slide 23 - Tekstslide

2.3
Augustus*
Besturen vanuit Rome*
Hoofd leger*
Grenzen bewaken*
Zorgen voor vrede*

Slide 24 - Tekstslide

2.3
Opdracht
1. Schrijf de sociale lagen op van de Romeinse samenleving
2. Schrijf kort iets bij elke sociale laag

Slide 25 - Tekstslide

Programma
Uitleg 2.4 (20 min)
Aan de slag met godenposter (30 min)

Slide 26 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wat cultuur is en voorbeelden noemen van de Grieks-Romeinse cultuur
  • Je kunt uitleggen hoe het christendom ontstond.
  • Je kunt vijf belangrijke kenmerken van het christendom noemen.

Slide 27 - Tekstslide

Wat is cultuur?

Slide 28 - Open vraag

Griekse goden
Romeinse goden

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Elementen Griekse cultuur

Slide 31 - Woordweb

2.3
Grieks-Romeinse cultuur: de Romeinse manier van leven, die door de Grieken beïnvloed was.

Kan je kenmerken noemen van de Griekse, Romeinse en Grieks-Romeinse cultuur?

Slide 32 - Tekstslide

2.4
Mensen in veroverd gebied mochten eigen geloof behouden

Judea

Slide 33 - Tekstslide

2.4
De Joden geloofden in het Jodendom

Monotheïsme= geloof in één god*


Slide 34 - Tekstslide

2.4
Joodse man: Jezus van Nazareth

  • Vertellen verhalen over god en goede wereld
  • Gelijkheid
  • Zoon van god
  • 'Christus' = koning
  • Christenen

Slide 35 - Tekstslide

2.4
Sommige Joden zagen Jezus als een bedreiging-> klikken bij de Romeinen

Kruisiging van Jezus

Slide 36 - Tekstslide

Aan de slag!
1. Maak het stencil
2. Klaar en tijd over? Werk door aan je godenposter
3. Bespreken aan het einde van de les

Slide 37 - Tekstslide

Bespreken stencil

Slide 38 - Tekstslide

2.4
Steeds meer mensen bekeren zich tot het christendom

Veel armen mensen bekeerden zich tot het christendom*

Slide 39 - Tekstslide

2.4
Christenen weigerden om Romeinse goden en keizers te vereren-> christendom verboden*

Slide 40 - Tekstslide

2.4
313 n.C. werd het christendom weer toegestaan

Staatsgodsdienst

Slide 41 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak alle opgaven van 2.4

Klaar en tijd over? Toetsvoorbereiding!

Slide 42 - Tekstslide