Cursus 1 - Meer dan lezen - paragraaf 3 - hoofdgedachte wk39
Welkom
Leg klaar:
Boek Nieuw Nederlands
Schrift met lijntjes
Etui
Laptop!
1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1
In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Welkom
Leg klaar:
Boek Nieuw Nederlands
Schrift met lijntjes
Etui
Laptop!
Slide 1 - Tekstslide
Wat neem je elke les mee?
- boek Nieuw Nederlands
- schrift met lijntjes
- etui met pen en potloden/markeerstiften
- laptop en lader
- (leesboek)
Tekst
Tekst
Slide 2 - Tekstslide
Hoe doen we het?
Rustig binnenkomen, op je plaats gaan zitten.
De les begint en wat we gaan doen staat op het bord.
Na de instructie ga je aan het werk.
Werk voor jezelf en dus stil en rustig aan het werk, andere leerlingen hebben nog instructie/les.
Klaar? Zelf stillezen of verder met huiswerk-opdrachten.
Slide 3 - Tekstslide
1. Orienteren in lesboek.
2. Starten met de opdracht.
In deze les gaan we
Tekst
Slide 4 - Tekstslide
Paragraaf 1 Onbekende woorden
Kijk in je lesboek op blz. 6
Hier vind je de inhoud van het hele boek
Wat gaan we behandelen in de les?
Slide 5 - Tekstslide
Vorige week
Onbekende woorden
Woordraadstrategieën
synoniemen
omschrijving
voorbeeld
Slide 6 - Tekstslide
Vorige week
Onderwerp
Oriënterend Lezen
Slide 7 - Tekstslide
De lesdoelen
Je leert de hoofdgedachte van een tekst herkennen.
Je leert de strategie Precies Lezen.
Slide 8 - Tekstslide
Hoofdgedachte
Oriënterend Lezen
Wat is het onderwerp van de tekst/fragment?
Precies Lezen
Wat is de hoofdgedachte van de tekst/fragment?
Slide 9 - Tekstslide
apps.noordhoff.nl
Slide 10 - Link
Par. 3 Hoofdgedachte
Neem blz.21 uit je lesboek voor je.
Elke tekst heeft een onderwerp en een hoofdgedachte.
De hoofdgedachte is het belangrijkste wat er in de tekst over het onderwerp wordt gezegd.
Slide 11 - Tekstslide
Huiswerk
Cursus 1 Meer dan Lezen
$3 Hoofdgedachte, blz. 21
Lees de theorie
Maak opdracht BK: 2,3 en 5
Maak opdracht KT: 1, 2, 3 en 4
Schrijf de antwoorden netjes in je schrift.
Kijk de antwoorden na.
Volgende les: do. 7e en 8e uur.
Slide 12 - Tekstslide
Welkom
Leg klaar:
Boek Nieuw Nederlands
Schrift met lijntjes
Etui
Laptop!
Slide 13 - Tekstslide
Tekst
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Video
boekwijzer.com
Slide 16 - Link
Fictiedossier
De Boekendoos
Creatief stripverhaal
Vlogboek
Powerpoint boekverslag
Slide 17 - Tekstslide
Huiswerk
Cursus 1 Meer dan Lezen
$3 Hoofdgedachte, blz. 21
Lees de theorie
Maak opdracht BK: 2,3 en 5
Maak opdracht KT: 1, 2, 3 en 4
Schrijf de antwoorden netjes in je schrift.
Kijk de antwoorden na.
Volgende les: do. 7e en 8e uur.
Slide 18 - Tekstslide
Paragraaf 1 Onbekende woorden
Kijk in je lesboek op blz. 10
Pak een markeerstift
Luister naar de video
Maak aantekeningen in de theorie
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
Huiswerk
Cursus 1 Meer dan Lezen
$1 Onbekende woorden, blz. 10/11
Lees de theorie
Maak opdracht BK: 1, 3, 4 en 5
Maak opdracht KT: 1, 2, 3, 4 en 5
Schrijf de antwoorden netjes in je schrift.
Kijk de antwoorden na.
Volgende les: woe. 11e en 12e uur.
Slide 21 - Tekstslide
Huiswerk HA
Cursus 1 Meer dan Lezen
$1 Onbekende woorden, blz. 12/13
Lees de theorie
Maak opdracht 4 en 5
Schrijf de antwoorden netjes in je schrift.
Kijk de antwoorden na.
Volgende les: do. 9e en 10e uur.
Slide 22 - Tekstslide
Welkom
Leg klaar:
Leesboek
Boek Nieuw Nederlands
Schrift met lijntjes
Etui
Slide 23 - Tekstslide
Wat neem je elke les mee?
- boek Nieuw Nederlands
- schrift met lijntjes
- etui met pen en potloden/markeerstiften
- laptop en lader
- (leesboek)
Tekst
Tekst
Slide 24 - Tekstslide
De lesdoelen
Je leert woordraadstrategieen.
Je leert de betekenis van onbekende woorden ontdekken.
Slide 25 - Tekstslide
Pak je laptop: we gaan oefenen!
Log in bij Lesson up
Toets de code in
Vul je eigen naam in
Slide 26 - Tekstslide
Synoniemen zoeken
Twee verschillende woorden die precies hetzelfde betekenen.
patat - friet
Slide 27 - Tekstslide
Klaas heeft exact hetzelfde boek.
Synoniem voor exact:
A
absoluut
B
precies
C
anders
D
jeans
Slide 28 - Quizvraag
Tegenstellingen zoeken
Tegenstellingen zijn woorden die elkaars tegengestelde zijn. Soms kun je de betekenis van een onbekend woord raden, omdat de tegenstelling van dat woord in de tekst staat.
Woorden als maar, echter, toch en daarentegengeven aan dat er een tegenstelling wordt genoemd.
Slide 29 - Tekstslide
Het figuur is asymmetrisch. Tegenovergestelde van asymmetrisch:
A
rond
B
aan beide kanten gelijk
C
aan beide kanten ongelijk
D
vierkant
Slide 30 - Quizvraag
VOORBEELD - voorbeeld
Voorbeelden zijn te herkennen aan woorden als:
bijvoorbeeld, zo is er...., zoals, denk maar aan, neem, zo.
Vandalisme, zoals het vernielen van bushokjes, is een groot probleem in de stad.
Slide 31 - Tekstslide
Tijdens het concert is opnameapparatuur, zoals camera's en telefoons, verboden.
Slide 32 - Open vraag
BEKEND WOORDDEEL - voorbeeld
samenstellingen: doktersassistente / groentesoep
woorden met voorvoegsel: ongezond / herkansing
woorden met achtervoegsel: hopeloos /hoopvol
woorden uit een andere taal: detecteren, van het Engelse 'to detect' (ontdekken;opsporen), detective, iemand die zaken opspoort.
Slide 33 - Tekstslide
Ongelijk (woord met voorvoegsel) Wat is de betekenis?
A
wel hetzelfde
B
niet hetzelfde
C
niet mogelijk
D
wel mogelijk
Slide 34 - Quizvraag
Lesboek: par. 2 Onderwerp
Pak je lesboek
Blz. 16/15
Pak een markeerstift/pen/potlood
Slide 35 - Tekstslide
De lesdoel
Je leert het onderwerp bepalen
Je leert orienterend lezen
Slide 36 - Tekstslide
Stappenplan
Oriënterend lezen
titel
afbeeldingen
tussenkopjes
Eerste alinea lezen
Waar gaat deze tekst over?
Oriënterend lezen
Slide 37 - Tekstslide
par. 2 Onderwerp
Samen oefenen
BK, blz. 16/17, opdracht 2
Slide 38 - Tekstslide
apps.noordhoff.nl
Slide 39 - Link
Par. 1 Onbekende woorden
BK: 1, 3, 4 en 5
KT: 1,2,3,4 en 5
Par.2 Het Onderwerp
BK: 2,3,4 en 6
KT: 2,3, 5 en 6
Kijk de opdrachten na!
Huiswerk
Slide 40 - Tekstslide
Huiswerk
Cursus 1 Meer dan Lezen
$1 Onbekende woorden, blz. 10/11
Lees de theorie
Maak opdracht BK: 1, 3, 4 en 5
Maak opdracht KT: 1, 2, 3, 4 en 5
Schrijf de antwoorden netjes in je schrift.
Kijk de antwoorden na.
Volgende les: woe. 11e en 12e uur.
Slide 41 - Tekstslide
Huiswerk
Cursus 1 Meer dan Lezen
$1 Onbekende woorden, blz. 10/11
Lees de theorie
Maak opdracht BK: 4 en 5
Maak opdracht KT: 3, 4 en 5
Schrijf de antwoorden netjes in je schrift.
Kijk de antwoorden na.
Volgende les: woe. 11e en 12e uur.
Slide 42 - Tekstslide
HA: Paragraaf 1 Strategieën
Kijk in je lesboek op blz. 10
Pak een markeerstift
Luister naar de video
Maak aantekeningen in de theorie
Slide 43 - Tekstslide
Slide 44 - Video
Huiswerk HA
Cursus 1 Meer dan Lezen
$1 Strategieen, blz. 10
Lees de theorie
Maak opdracht 1 en 2
Schrijf de antwoorden netjes in je schrift.
Kijk de antwoorden na.
Volgende les: woe. 11e en 12e uur.
Slide 45 - Tekstslide
Niveaus
A = 6-9 jaar
B = 9-12 jaar
C = 12 jaar en ouder
D = 15 jaar en ouder
B-boeken zijn misschien wat makkelijker te lezen dan C-boeken. Maar vaak worden ze ook nog gelezen door de oudereren omdat het onderwerp hen aanspreekt.
Slide 46 - Tekstslide
1.1 Onbekende woorden
1.2 Onderwerp
1.3 Hoofdgedachte
1.4 Tekstdoelen en -soorten
1.5 Inleiding, middenstuk, slot
1.6 Deelonderwerpen
1.7 Stappenplan lezen
1.8 Meer Lezen
Waaruit bestaat de cursus
Meer dan Lezen?
Slide 47 - Tekstslide
§3 Hoofdgedachte
Je kunt het belangrijkste van een tekst of programma in één zin samenvatten.
Die ene zin noem je de hoofdgedachte.
Slide 48 - Tekstslide
Bepaal het onderwerp van de tekst.
Lees de tekst precies.
Kijk aan het begin en het eind van de tekst of de hoofdgedachte daar al staat.
Geef in één zin antwoord op de vraag: wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd.
Zo vind je de hoofdgedachte
Slide 49 - Tekstslide
Om de hoofdgedachte van een tekst te vinden
Om de hoofdgedachte vinden, moet je de tekst precies lezen: je leest de tekst dan goed van de eerste zin tot en met de laatste zin.
Precies lezen
Slide 50 - Tekstslide
Oefenen
Slide 51 - Tekstslide
Einde van deze les!
Als het goed is weet je nu:
Hoe je een tekst precies leest.
Hoe je de hoofdgedachte van een tekst bepaalt door de tekst precies te lezen.