3G Unit 3.4 reading

• Engels
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 3

Vul in: will or to be going to
It ...... rain tomorrow.

1. will
2. is going to
3. ought to
4. will going to

I ..... to play football with my friends this afternoon

1. will
2. ought to
3. am going to
4. will going to

will

going to

voorspelling zonder concrete aanwijzing

een plan dat al vaststaat of al eerder is afgesproken.

voorspelling op basis van een concrete aanwijzing

voorstel/aanbod dat op het moment zelf wordt gemaakt

Vul in: have to, must of should.
My car ...... be insured when I drive.

1. has to
2. must
3. should
4. geen van drie

Maak een zin met have to of must erin.

Vul in: must, have to of should
I ..... be well-mannered towards my teachers

1. have to
2. must
3. must have
4. should

Maak een zin met should of must erin.

Can I borrow .... sugar?

1. some
2. any

Maak een zin met some of any

some

any

In bevestigende zinnen.

in een vraag als je verwaht dat het antwoord 'ja' zal zijn.

in vragende zinnen

in ontkennende zinnen