Oefentoets PW Kapitel 6

Oefentoets
Proefwerk Kapitel 6
H2
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Oefentoets
Proefwerk Kapitel 6
H2

Slide 1 - Tekstslide

zu
nach
in
Personen
Aardrijkskundige namen zonder lidwoord
Aardrijkskundige namen met lidwoord
Richting zonder lidwoord
Dingen (gebouwen, plekken, enz.)

Slide 2 - Sleepvraag

Wollt ihr ... mir kommen?

Slide 3 - Open vraag

Wir wohnen ... den Niederlanden.

Slide 4 - Open vraag

Hier sollen wir ... rechts fahren.

Slide 5 - Open vraag

Sie wollen ... dem Bahnhof laufen.

Slide 6 - Open vraag

Wann geht er ... Österreich?

Slide 7 - Open vraag

Wir fahren im Sommer ... die Alpen.

Slide 8 - Open vraag

Petra fliegt ... Griechenland.

Slide 9 - Open vraag

Sie kommt erst in zwei Wochen ... Hause.

Slide 10 - Open vraag

Wie komme ich ... der Bahnhof?

Slide 11 - Open vraag

Morgen gehe ich ... meiner Oma.

Slide 12 - Open vraag

Was ... wir morgen machen?

Slide 13 - Open vraag

Jan ... später Arzt.

Slide 14 - Open vraag

Wie ... das Wetter morgen?

Slide 15 - Open vraag

... du das noch vor den Ferien machen?

Slide 16 - Open vraag

Ich ... diesen Sommer nach Irland fliegen.

Slide 17 - Open vraag

... Sie wieder in die USA fliegen?

Slide 18 - Open vraag

Ihr ... nächste Woche eine Klassenarbeit schreiben.

Slide 19 - Open vraag

Es ... morgen schönes Wetter.

Slide 20 - Open vraag

Wir haben eine Reise nach China ... (machen)

Slide 21 - Open vraag

Hast du lange am Bahnhof ... (warten)

Slide 22 - Open vraag

Warum habt ihr die Leute nicht nach dem Weg ... (fragen)

Slide 23 - Open vraag

Die Kinder haben den ganzen Tag im Schwimmbad ... (spielen)

Slide 24 - Open vraag

Meine Mutter hat im Urlaub fast nur Gebäude ... (fotografieren)

Slide 25 - Open vraag

Was hat der Kellner ... (antworten)

Slide 26 - Open vraag

Leon hat mit seiner Freundin ... (telefonieren)

Slide 27 - Open vraag

Ich habe ein Eis ... (kaufen)

Slide 28 - Open vraag

Wir haben ein Hotelzimmer ... (buchen)

Slide 29 - Open vraag

Sie hat mit ihm ... (reden)

Slide 30 - Open vraag

wer?

Slide 31 - Open vraag

was?

Slide 32 - Open vraag

wo?

Slide 33 - Open vraag

wann?

Slide 34 - Open vraag

wie?

Slide 35 - Open vraag