a. Een profeet: (1) laat namens God aan de mensen weten hoe het volk in de ogen van God eraan toe is./ (2) waarschuwt mensen voor de straf die God stuurt als het volk afdwaalt / (3) roept op tot bekering / (4) vertelt over Gods boosheid over de hoogmoed van de mensen / (5) spreekt over wat er in de toekomst gaat gebeuren, maar dit zijn vaak de gevolgen van wat het volk op dat moment doet en eerder heeft gedaan.