Je kan uitleggen hoe Nederland zich beschermt tegen de constante dreiging van overstromingen
Slide 2 - Tekstslide
Nederland leeft met water.
Door ons land lopen veel rivieren, en een groot gedeelte van Nederland ligt onder de zeespiegel.
Slide 3 - Tekstslide
Tegen al dat water hebben we dijken gebouwd. Achter die dijken kunnen wij kunstmatig de waterstand bepalen. Zo'n gebied heet een polder. Een groot deel van ons land bestaat uit polders.
Slide 4 - Tekstslide
Om al dat water de baas te zijn, moet er goed samengewerkt worden. Dat doen we in waterschappen: organisaties die zorgen voor waterveiligheid, zuivering en genoeg drinkwater.
Slide 5 - Tekstslide
Vraag 1
Een dijk is niet hetzelfde als een duin. Wat is het verschil tussen die twee?
Vraag 2
Bekijk de kaart. In welk deel van Nederland zal de schade bij een overstroming het grootst zijn? Leg uit.
Slide 6 - Tekstslide
Vraag 3
Rondom Arnhem en Nijmegen is ook overstromingsgevaar. Waar komt het gevaar daar vandaan?
Vraag 4
Een belangrijke groep dijken in Nederland zijn de Deltawerken. Waar liggen die dijken?
Hierin wordt uitgelegd als dijkring 14 het begeeft. Dit is één van de belangrijkste dijkenstelsels in Nederland. Beschrijf wat er zou gebeuren als hier een dijkdoorbraak plaatsvindt.
Slide 9 - Tekstslide
Doel 2
Je kan drie redenen noemen waardoor in Nederland de bodem daalt
Slide 10 - Tekstslide
De zeespiegel komt omhoog, maar onze bodem gaat ook naar beneden. Daardoor wordt Nederland nog kwetsbaarder.
Die bodemdaling heeft drie redenen.
Slide 11 - Tekstslide
De eerste heeft te maken met een periode lang geleden: de laatste ijstijd.
Er lag toen heel zwaar ijs op Scandinavië, dat de bodem naar beneden duwde. Nu komt die bodem weer omhoog en daardoor daalt de bodem in Nederland een beetje. Het werkt als een soort wipwap: als de een stijgt, daalt de ander.
Slide 12 - Tekstslide
De tweede reden is dat we grondwater wegpompen. Soms gebeurt dat in een gebied waar veen ligt. Veen bestaat uit plantenresten, en als die droog komen te liggen, zakt de bodem in.
Slide 13 - Tekstslide
De derde reden is het winnen van delfstoffen, grondstoffen die we uit de aarde halen. Als bijvoorbeeld aardgas verdwijnt, zakt de bodem daarboven een stuk in.
Slide 14 - Tekstslide
Door bodemdaling komen we lager te liggen ten opzichte van de zee. Dat effect noemen we relatieve zeespiegelstijging.
Slide 15 - Tekstslide
Vraag 7
Er is één reden voor bodemdaling die wij zelf niet in de hand hebben. Welke reden is dat?
Vraag 8
Welke oorzaak voor bodemdaling komt vooral in Noord-Nederland voor?
Vraag 9
Gebruik de kaart waarop de bodemdaling in Nederland te zien is (dia 6). In welke twee gebieden daalt de bodem het meest? Leg uit waarom juist daar.
Slide 16 - Tekstslide
Vraag 10
De foto hiernaast is van de Oosterscheldekering. Dit is een bijzondere waterkering. Zoek op internet op wat er zo apart aan is.
Slide 17 - Tekstslide
Vraag 11
Iemand zegt:
'Ook zonder klimaatverandering zou er voor Nederland sprake zijn van zeespiegelstijging'.
Klopt deze uitspraak? Leg uit waarom wel of niet.
Slide 18 - Tekstslide
Doel 3
Je kan uitleggen hoe zand ons helpt te beschermen tegen het water
Slide 19 - Tekstslide
Om ons tegen al dat dreigende water te beschermen, moeten dijken en duinen verstevigd worden.
Daarbij gebruiken we veel zand.
Slide 20 - Tekstslide
Zeegolven 'breken' op zand en worden daardoor minder sterk. Daarom wordt er langs de kust zand toegevoegd voor bredere stranden en duinen.
Dat toevoegen van extra zand noemen we zandsuppletie.
Slide 21 - Tekstslide
Vraag 12
Hoe beschermen extra brede stranden ons tegen het water tijdens een storm?
Vraag 13
Waarom zou er gekozen worden voor zand in plaats van vaste dijken?
Slide 22 - Tekstslide
Vraag 14
In Zuid-Holland doet men een experiment dat De Zandmotor wordt genoemd. Het is een project dat de kracht van de natuur gebruikt om bescherming te maken.
Ga naar de website van De Zandmotor. Zoek op en leg uit hoe dit project werkt.