Dilemma's, normen en waarden, ethiek

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Doel
Aan het eind van de presentatie weet je wat ethiek is en kun je voorbeelden geven van een ethisch probleem/dilemma.


Keywords:
normen, waarden, dilemma, ethiek

Slide 2 - Tekstslide

Mag je door rood rijden om op tijd op school te zijn?
JA
NEE

Slide 3 - Poll

Robin Hood. Mag je iets stelen om het aan iemand te geven die arm is?
JA
NEE

Slide 4 - Poll

Ethiek en optieken


Ethiek heeft te maken met wat wij goed en fout vinden

Dan is natuurlijk belangrijk op welke
manier wij iets zien.

Een optiek is een manier van
kijken naar de werkelijkheid


I

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Ethische optiek

Wanneer je ethisch naar iets gaat kijken dan bedenk je:
Wat is het juiste handelen; welke keuze(s) 
moet ik maken?

Wat juist is, is natuurlijk voor iedereen anders.
Dat heeft te maken met onze normen en waarden







Slide 10 - Tekstslide

Waarden
Wat is een van jouw waarden?

Slide 11 - Woordweb

Moraal: waarden + normen
  • Iedereen heeft dingen die hij of zij belangrijk en waardevol vindt: je waarden. Voorbeelden van waarden zijn vriendschap, vrijheid, gezondheid, eerlijkheid enz.
  • Bij je waarden maak je normen: regels die je waarden ondersteunen (bijvoorbeeld bij de waarde eerlijkheid kan de norm horen: nooit liegen)
  • Samen vormen je waarden en normen je moraal: hoe jij vindt dat mensen zich moeten gedragen


Slide 12 - Tekstslide

Waarden

-> idealen die je als mens wilt nastreven


Voorbeelden:
-gezondheid
-respect voor ouderen
Normen

-> gedragsregels die bij je waarden horen


Voorbeelden:
-2x in de week sporten
-opstaan in de bus

Slide 13 - Tekstslide

Ethisch probleem/ dilemma
Een ethisch probleem/dilemma ontstaat wanneer je een keuze moet maken tussen twee waarden.

Beide waarden vind je belangrijk en wil je dus bereiken, maar dat gaat niet: soms ontstaan er situaties waarin je een keuze moet maken omdat beide waarden elkaar tegenspreken of met elkaar botsen.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Wat zou jij doen?
Ik kies ervoor om niets te doen: 5 mensen dood
Ik kies ervoor om de hendel om te zetten: 1 mens dood

Slide 16 - Poll

De situatie herhaalt zich (pechvogel). Weer vijf mensen op het spoor. Met een wissel kan je deze vijf redden. Maar nu ligt er niet zomaar iemand op het andere spoor, maar iemand die je liefhebt (vader, moeder, broertje, zusje oid). Wat doe je?

Slide 17 - Tekstslide

Wat ga je doen?
Ik kies ervoor om niets te doen: 5 mensen worden overreden
Ik kies ervoor om de hendel om te zetten: 1 mens wordt overreden

Slide 18 - Poll




Gaat het alleen om de uitkomst?

 



Of is de manier hoe je die uitkomst bereikt ook belangrijk?

 

Slide 19 - Tekstslide

Je ziet weer de trein aankomen, en weer liggen er vijf spoormensen op de rails. Dit keer is er geen wissel, maar sta je op een brug. Voor je staat een dikke man, en je weet dat je de 5 mensen alleen kan redden als je de dikke man van de brug afgooit op het spoor, zodat die de trein zal stoppen voordat de 5 zullen worden overreden (de man is echt heel dik!!).
   Wat doe je nu?   
                           Gooi je de man op het spoor?

Slide 20 - Tekstslide

Wat zou jij doen?
Ik doe niets: 5 mensen worden overreden.
Ik kies ervoor om de dikke man op het spoor te gooien

Slide 21 - Poll

Slide 22 - Video

Wat zou jij in deze situatie doen?

Slide 23 - Open vraag

Morele/ethische dilemma's
1. Botsing tussen waarden (alle keuzes hebben nadelen)
2. Keuzes sluiten elkaar uit.
3. Binnen de ethiek onderzoeken we dergelijke dilemma's. Wat is nou de juiste keuze om te maken? Wat is goed? 

Waarom zijn morele dilemma's relevant: Ze dwingen je tot een keuze en dat maakt inzichtelijk wat je écht belangrijk vindt. 

Slide 24 - Tekstslide

OPDRACHT ETISCH PROBLEEM
Opdracht maak je in tweetallen

1. Kies een onderwerp uit de lijst
2. Verzamel informatie
3. Zet op papier: Wat is het probleem/welke meningen zijn er/eigen mening
4. Maak een filmpje van 2 min. 

Slide 25 - Tekstslide

Abortus
Abortus als de vrucht van een syndroom van down kindje is.


Slide 26 - Tekstslide

Wat zou jij doen?
Ik doe niets. Laat het kindje maar komen. Mijn leven wordt nooit meer al tevoren.
Ik kies ervoor om de abortus te laten uitvoeren. De kwaliteit van mijn én zijn leven is dan beter.

Slide 27 - Poll

Doping
Dopinggebruik door een topsporter

Slide 28 - Tekstslide

Wat zou jij doen?
Ik doe niets. Doping is voor losers. Hoewel ik in dit geval niet zal winnen.
Ik kies ervoor om doping te gebruiken omdat ik anders geen enkele kans heb. Daar heb ik al die jaren voor gewerkt.

Slide 29 - Poll

Vreemd gaan
Vreemd gaan als je verkering hebt

Slide 30 - Tekstslide

Wat zou jij doen?
Ik doe niets. Ik ga niet vreemd. Ik heb mezelf prima in de hand. Dat kun je echt niet maken, hoor!
Ik kies ervoor om vreemd te gaan. Je leeft immers maar een keer.

Slide 31 - Poll

Geweld 
Geweld in tv-films

Slide 32 - Tekstslide

Wat zou jij doen?
Ik doe niets. Ik ga niet kijken naar deze onzin. Het zet aan tot geweld.
Ik kies ervoor om wel te kijken. Een film is geacteerd, niet echt. Dat weet toch iedereen..

Slide 33 - Poll

Slide 34 - Tekstslide