les 2 blok 2

les 2 blok 2
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

les 2 blok 2

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is klinisch redeneren?
A
Het documenteren van patiëntgegevens
B
Een continu proces van risico-inschatting, vroegsignalering, probleemherkenning, interventie en monitoring
C
Het opstellen van een medische diagnose
D
Het uitvoeren van verpleegtechnische handelingen

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke van de volgende methoden wordt niet gebruikt bij klinisch redeneren?
A
ABCD-methode
B
AMVIL-methode
C
PES-methode
D
VALTIS-model

Slide 3 - Quizvraag

Allergie Ø Medicatie Ø Voorgeschiedenis Ø Incident Ø Laatste maaltijd
VALTIS
Voorgeschiedenis
• AARD
• LOCATIE
• TIJDSDUUR
• INTENSITEIT
• SAMENHANG

Wat betekent de 'P' in de PES-methode?

A
Probleem
B
Procedure
C
Prognose
D
Prioriteit

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke stappen behoren tot het proces van klinisch redeneren volgens Marc Bakker?
A
Diagnose, Behandeling, Evaluatie
B
Anamnese, Diagnostiek, Therapie, Follow-up
C
Intake, Planning, Uitvoering, Evaluatie
D
Oriëntatie op de situatie, Klinische problematiek, Aanvullend klinisch onderzoek, Klinisch beleid, Klinisch verloop, Nabeschouwing

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het doel van een verpleegkundige diagnose?
A
Het identificeren van medische aandoeningen
B
Het beschrijven van actuele of potentiële gezondheidsproblemen waarvoor een verpleegkundige hulp kan bieden
C
Het vaststellen van de noodzaak van medicatie
D
Het evalueren van behandelingsresultaten

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een voorbeeld van een etiologische factor in de PES-methode?
A
Koorts
B
Pijn
C
Onvoldoende mobiliteit door operatie
D
Verhoogde hartslag

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke van de volgende is geen onderdeel van de SBAR-methode?

A
Situation
B
Background
C
Analysis
D
Recommendation

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een belangrijk kenmerk van klinisch redeneren in de verpleegkunde?
A
Het werken zonder richtlijnen
B
Het uitsluitend gebruiken van intuïtie
C
Het koppelen van eigen observaties aan medische kennis
D
Het volgen van strikt administratieve procedures

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welk van de volgende domeinen hoort het gebruik van het Omaha System niet?
A
Lichamelijk welbevinden
B
Psychisch welbevinden
C
Sociaal welbevinden
D
Financieel welzijn

Slide 10 - Quizvraag

omgevingsdomein.
psychosociaal domein.
fysiologisch domein.
gezondheidsgerelateerd gedragsdomein.
Wat is het verschil tussen een medische diagnose en een verpleegkundige diagnose?
A
Een medische diagnose wordt gesteld door een arts, een verpleegkundige diagnose door een verpleegkundige
B
Een medische diagnose richt zich op behandelinterventies, een verpleegkundige diagnose op zorgbehoeften
C
Een medische diagnose is gebaseerd op klinisch redeneren, een verpleegkundige diagnose niet
D
Er is geen verschil, beide termen zijn uitwisselbaar

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies