Kenniskaart 4 schoonmaakmiddelen

Oriëntatie Facilitair
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
FacilitairPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Oriëntatie Facilitair

Slide 1 - Tekstslide

terugblik

Slide 2 - Tekstslide

Ik benoem verschillende schoonmaakmiddelen.
En ik leg uit welk middel waar voor wordt gebruikt.

Ik weet hoe ik een schoonmaakmiddel gebruik.
(gebruik doseerflacon)

Ik lees het etiket (/pictogram) van een schoonmaakmiddel.
doelen van deze les

Slide 3 - Tekstslide




welke ken jij? zoek op en voeg toe!
schoonmaakmiddelen

Slide 4 - Open vraag

schoonmaakmiddelen

Slide 5 - Tekstslide








afwasmiddel           allesreiniger      vloer- en reinigingsmiddel         wasmiddel
schoonmaakmiddelen

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Sleepvraag


hiermee meet je het
schoonmaakmiddel af.
de doseerflacon

Slide 8 - Tekstslide

1. Vul de emmer met water.



2. Voeg schoonmaakmiddel toe.
     Lees eerst het etiket!!


stappenplan

Slide 9 - Tekstslide

        Let op:        Doe je het andersom, dan krijg je veel schuim!




stappenplan
+   =

Slide 10 - Tekstslide


voordat je een sopje maakt

lees je goed het etiket!
  etiket lezen

Slide 11 - Tekstslide

een symbool of afbeelding 
die de plaats inneemt van een tekst. 



ook wel beeldtaal genoemd.
  het pictogram

Slide 12 - Tekstslide

Het pictogram waarschuwt de gebruiker.


Een schoonmaakmiddel 
kan schadelijk zijn
voor de gezondheid 
of het milieu.
  het pictogram

Slide 13 - Tekstslide








afwasmiddel           allesreiniger      vloer- en reinigingsmiddel         wasmiddel
schoonmaakmiddelen

Slide 14 - Tekstslide






irriterend        milieu-onvriendelijk        brandbaar             bijtend
pictogrammen

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video






irriterend        
pictogrammen

Slide 17 - Tekstslide






milieu-onvriendelijk
pictogrammen

Slide 18 - Tekstslide






brandbaar             
pictogrammen

Slide 19 - Tekstslide






    bijtend
pictogrammen

Slide 20 - Tekstslide

Hoe gebruik je schoonmaakmiddel veilig?
veilig gebruiken

Slide 21 - Tekstslide

Lees op het etiket 
hoeveel schoonmaakmiddel
je nodig hebt.

schoonmaakmiddel veilig gebruiken    

Slide 22 - Tekstslide

Trek bij bijtende middelen
handschoenen en 
beschermende kleding aan.

schoonmaakmiddel veilig gebruiken    

Slide 23 - Tekstslide

Draai de dop 
van de doseerflacon
los.

schoonmaakmiddel veilig gebruiken    

Slide 24 - Tekstslide

Druk zacht op de fles.


schoonmaakmiddel veilig gebruiken    

Slide 25 - Tekstslide

Controleer of 
de juiste hoeveelheid
in de doseerdop zit.

schoonmaakmiddel veilig gebruiken    

Slide 26 - Tekstslide

Schenk 
het schoonmaakmiddel 
over in de emmer.

schoonmaakmiddel veilig gebruiken    

Slide 27 - Tekstslide


1. Lees het etiket.

            2. Vul het doseerflacon.

                           3. Doe het middel in de emmer.

schoonmaakmiddel veilig gebruiken    

Slide 28 - Tekstslide

Bewaar schoonmaakmiddelen 
altijd in de originele verpakking 
of in een doseerflacon met etiket!

bewaren

Slide 29 - Tekstslide


1.
Er zijn veel verschillende schoonmaakmiddelen.
A
ja
B
nee

Slide 30 - Quizvraag


2.
Er zijn verschillende schoonmaakmiddelen voor vloeren.
A
ja
B
nee

Slide 31 - Quizvraag


3.
Voordat je schoonmaakmiddel gebruikt,
kijk je eerst op het etiket.
A
ja
B
nee

Slide 32 - Quizvraag


4.
Met de doseerflacon meet je 
schoonmaakmiddel af in een dopje.
A
ja
B
nee

Slide 33 - Quizvraag


5.
Bijtende middelen gebruik je met blote handen.

A
ja
B
nee

Slide 34 - Quizvraag


6.
Schoonmaakmiddel is goed voor het milieu.
A
ja
B
nee

Slide 35 - Quizvraag


7.
Schoonmaakmiddel kan brandend zijn.
A
ja
B
nee

Slide 36 - Quizvraag


8.
Je vult de emmer eerst met water.
Daarna voeg je schoonmaakmiddel toe.
A
ja
B
nee

Slide 37 - Quizvraag


9.
Een pictogram waarschuwt voor gevaar.
A
ja
B
nee

Slide 38 - Quizvraag


10.
Het is belangrijk dat je 
de pictogrammen op een etiket kent.
A
ja
B
nee

Slide 39 - Quizvraag

evaluatie

Slide 40 - Tekstslide

Ik benoem verschillende schoonmaakmiddelen.
En ik leg uit welk middel waar voor wordt gebruikt.

Ik weet hoe ik een schoonmaakmiddel gebruik.
(gebruik doseerflacon)

Ik lees het etiket (/pictogram) van een schoonmaakmiddel.
doelen van deze les

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Video

Waar gebruik je
het schoonmaakmiddel voor?

&

Wat zijn de gevaren en/of risico’s
van het schoonmaakmiddel?



(huiswerk)opdracht:

Slide 43 - Tekstslide