Hoofdstuk 6 Samenwerken en onderhandelen

hoofdstuk 6 Samenwerken en onderhandelen
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

hoofdstuk 6 Samenwerken en onderhandelen

Slide 1 - Tekstslide

Binnen is beginnen 
- Telefoon in de telefoonzak
- Pak je spullen en je boek
- STILTE


Slide 2 - Tekstslide

Enkele Klasregels
  1. Als de leraar praat zijn jullie stil.
  2. De les start volgens de rooster. Is de deur van het lokaal dicht, dan wordt je als laat geregistreert. (je meld je netjes bij mij aan en dan mag je gaan zitten).
  3. Tijdens de lessen staan de telefoon op stil  in de telefoonzak en is het gebruik hiervan inclusief oortjes niet toegestaan (behalve wanneer de docent dit aangeeft).
  4. Je hebt altijd de benodigde materialen, boeken en laptop bij je.
  5. Naar de wc gaan doe je in de pauze.
  6. Als je een vraag hebt, dan graag je vinger opsteken.
  7. Het leslokaal hoor je netjes achter te laten. 

Slide 3 - Tekstslide

Programma vandaag
  • Programma hoofdstuk 6
  • Wat houd hoofdstuk 6 in?
  • Leerdoelen paragraaf 6.1 
  • Uitleg leerstof
  • Werken aan gegeven opdracht in de klas. (je krijgt een opdracht waaraan jullie in groepjes van 2 personen werken)
  • Opdracht bespreken en peerfeedback geven.
  • Zijn de leerdoelen behaald.
  • Huiswerk maken (volgend week moet dit af zijn)

Slide 4 - Tekstslide

Hoofdstuk 6 Samenwerken en onderhandelen
Deze hoofdstuk bestaat uit:
6.1 Zwijgen of praten?
6.2 Het ene goed is het andere niet.
6.3 Wie heeft er profijt van?
6.4  Welke afspraken maak je over je loon?

Slide 5 - Tekstslide

6.1 Zwijgen of praten

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen par 6.1
Na deze les kun je:
  • Je kunt uitleggen waarom speltheorie wordt gebruikt binnen de economie.
  • Je kunt het prisoner's  (gevangenen) dilemma uitleggen en een voorbeeld hiervan noemen.
  • Je kunt een opbrengstenmatrix aflezen en aan de hand daarvan bepalen of er sprake is van een prisoner's (gevangenen) dilemma.
  • Je kunt uitleggen dat zelfbinding een belangrijke rol speelt bij de oplossing van een prisoner's dilemma. 

Slide 7 - Tekstslide

6.1 Zwijgen of praten?

Slide 8 - Tekstslide

6.1 Zwijgen of praten?
Het bekendste spel is het gevangenendilemma.

Dit is een simultaan spel: de twee gevangen
 kunnen tegelijkertijd op het dilemma reageren.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

6.1 Zwijgen of praten?

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Gevangenendilemma
Het gevangenendilemma is een voorbeeld van een simultaan spel in de speltheorie. Simultaan wil zeggen dat twee partijen op hetzelfde moment hun keuze maken. De partijen weten dan niet wat voor keuze de andere partij maakt.

Slide 13 - Tekstslide

Wanneer is er sprake van een gevangenendilemma?
Een gevangenendilemma is een simultaan spel met twee kenmerken:

Beide spelers hebben een dominante strategie.
Als beide partijen hun dominante strategiën volgen, is de uitkomst niet optimaal.
Als een simultaan spel niet voldoet aan één van beide kenmerken, is er geen sprake van een gevangenendilemma.

Slide 14 - Tekstslide

Wat is een dominante strategie?
Als een speler een dominante strategie heeft, wil dat zeggen dat die speler het beste één bepaalde strategie kan kiezen, onafhankelijk van wat de andere speler kiest.

Slide 15 - Tekstslide

Voorbeeld

A en B hebben samen een overval gepleegd en worden gearresteerd. Ze worden apart vastgezet en op hetzelfde moment ondervraagd. Ze hebben twee mogelijkheden: de overval bekennen of ontkennen. Hieronder zie je een tabel met de jaren gevangenisstraf die A en B krijgen bij de verschillende uitkomsten:

Slide 16 - Tekstslide

Als B kiest voor bekennen kan A twee dingen doen: ook bekennen of ontkennen. Als A kiest voor bekennen krijgt A 4 jaar gevangenisstraf. Bij ontkennen is dit 10 jaar. Bekennen is dan de betere optie.

Als B kiest voor ontkennen kan A dezelfde twee strategiën kiezen: bekennen of ontkennen. Als A kiest voor bekennen krijgt A 1 jaar gevangenisstraf en bij ontkennen 2 jaar. Bekennen is dan weer de beste strategie. In deze situatie maakt het niet uit wat B kiest, de beste optie voor A is om te bekennen. Bekennen is dan de dominante strategie voor A.

Slide 17 - Tekstslide

De dominante strategie van B is hetzelfde als die van A. Als A kiest voor bekennen kan B het beste ook bekennen en als A kiest voor ontkennen kan B ook het beste bekennen.

Als beide partijen hun dominante strategie volgen wordt de uitkomst (bekennen, bekennen). Hier krijgen A en B beide 4 jaar gevangenisstraf. Het evenwicht dat volgt als beide spelers hun dominante strategie volgen heet het Nash-evenwicht. 
De uitkomst van het Nash-evenwicht is niet optimaal: het was voor beiden beter geweest als beiden hadden ontkend. Dan hadden ze beiden 2 jaar gevangenisstraf gehad. De uitkomst die voor beide spelers het beste is wordt ook wel Pareto-optimaal genoemd.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

6.1 Zwijgen of praten?

Slide 20 - Tekstslide

Opdrachten maken
 opdrachten maken

Slide 21 - Tekstslide