Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2
In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
6.3 De Europese Unie
H6 Eenheid en verdeeldheid
Slide 1 - Tekstslide
Deze les:
Europese Unie
- Na deze les kun je uitleggen hoe en waarom de EU is opgericht.
- Na deze kan je de kenmerken van de EU opnoemen
- Na deze les kan je een aantal landen opnoemen die bij de EU horen.
- Na deze les kan je beschrijven hoe EU bestuurd wordt.
Slide 2 - Tekstslide
We zitten weer even in de Koude Oorlog
Europa is verdeeld in West en Oost.
De grens loopt dwars door Duitsland
Slide 3 - Tekstslide
We zitten weer even in de Koude Oorlog
Europa is verdeeld in West en Oost.
De grens loopt dwars door Duitsland
Slide 4 - Tekstslide
De Koude Oorlog..
eindigt met de eenwording van Duitsland.
Dit gebeurt nadat de Berlijnse muur gesloopt wordt
Slide 5 - Tekstslide
Een WO. Nooit weer
Maar hoe voorkom je een nieuwe oorlog?
Slide 6 - Tekstslide
Het Westblok werkt al veel samen met andere geallieerden (de VS en Canada), om hun land en andere landen te beschermen.
Deze organisatie heet de NAVO
Slide 7 - Tekstslide
Samenwerken helpt
Zes West-Europese landen gaan meer samenwerken.
Aartsrivalen Frankrijk en Duitsland gaan met elkaar samenwerken!
De EGKS
Europees Gemeenschap voor Kolen en Staal
Een verbond om samen kolen en staal te gaan produceren
Slide 8 - Tekstslide
De samenwerking is een succes
Er worden meer verbonden gesloten tussen West-Europese landen.
Maar het is wel onduidelijk wie wel en niet bij welk verbond hoort..
Slide 9 - Tekstslide
De Europese Unie
Alle verbonden samengevoegd tot één unie.
Slide 10 - Tekstslide
Momenteel zijn er 27 leden
Begin van dit jaar waren dit er nog 28...
Maar in februari is het VK uit de EU gestapt (Brexit)
De Europese Unie groeit
Slide 11 - Tekstslide
Wat doet de EU?
Slide 12 - Tekstslide
Geld geven
De EU zorgt ervoor dat de haar leden welvarend blijven.
De EU-landen hebben samen een munteenheid:
De Euro
Niet elk land gebruikt de Euro!
Slide 13 - Tekstslide
Open grenzen
Je kan makkelijk reizen binnen de EU. Je kan makkelijk in een ander EU land werken of wonen!
Internationaal contact ->
Multiculturele samenleving
Schengen
Er zijn ook landen die niet bij de EU horen, maar wel open grenzen hebben. Zo kan het zijn dat je op vakantie zo Zwitserland in kon rijden, terwijl Zwitserland helemaal niet bij de EU hoort
Slide 14 - Tekstslide
Politie
Als jij makkelijk van land naar land kan, kan een misdadiger dit ook.
De Europol spoort deze misdadigers op
Slide 15 - Tekstslide
EU bewaken
Binnen de EU kan je makkelijk reizen, maar de buitengrens moet wel bewaakt worden
Deze grenzen worden samen bewaakt.
Slide 16 - Tekstslide
Naar de EU?
Mensen uit bijvoorbeeld Afrika proberen de EU in te komen
Hiervoor heb je een visum nodig, anders ben je illegaal..
Als je vlucht, dan vraag je asiel aan
De EU regelt dit
Slide 17 - Tekstslide
De EU begint steeds meer op een land te lijken
Het heeft een soort 'Tweede Kamer', een regering, een president en een hoofdstad (Brussel)
Slide 18 - Tekstslide
En de toekomst?
Nexit?
De Verenigde Europese Staten?
Fittie?
De Coronacrisis zou ook zo maar eens zijn gevolgen kunnen hebben. Italië en Nederland hebben ruzie gekregen over hoeveel geld de EU landen aan het zwaar getroffen Italië moet geven...
Slide 19 - Tekstslide
Wat vind jij? In de EU blijven of niet?
Slide 20 - Open vraag
Waarom is de EU opgericht?
A
Samenwerken om oorlog te voorkomen
B
Het Oostblok voor te blijven
C
De VS is te machtig geworden na WOII
D
Zo zijn we sterker voor de volgende oorlog
Slide 21 - Quizvraag
Er zijn geen grenscontroles als je door de EU reist
A
Waar
B
Niet waar
Slide 22 - Quizvraag
Open grenzen leidden tot ....?
A
Ruzie tussen landen
B
Veel vluchtelingen
C
Een multiculturele samenleving
Slide 23 - Quizvraag
Wat doet een vluchteling als hij naar de EU wilt?
A
Een visum aanvragen
B
Asiel aanvragen
C
Niks, hij/zij kan zo naar binnen
D
Niks, hij/zij kan niet naar de EU
Slide 24 - Quizvraag
Wat heeft iemand nodig die van een niet EU-land naar de EU wilt?
A
Visum
B
Asiel
C
Niks, hij/zij kan zo naar binnen
D
Niks, hij/zij kan niet naar de EU
Slide 25 - Quizvraag
Deze les:
Europese Unie
- Na deze les kun je uitleggen hoe en waarom de EU is opgericht.
- Na deze kan je de kenmerken van de EU opnoemen
- Na deze les kan je een aantal landen opnoemen die bij de EU horen.
- Na deze les kan je beschrijven hoe EU bestuurd wordt.