3V Grieks - Les 6

• Grieks
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Week 39, les 1

3V Grieks

Vandaag

• Bespreken huiswerk
  - Herhalen woorden tekst 4.
  - Lezen blz. 26, 30 en 32.
  - Maken opdr. 1 t/m 4 (blz. 26-27). 
• Grammatica naamwoord

Doel:

- Je kent de cultuur van de Olympus 

- Je snapt het verschil tussen nom en acc

- Je leert de rijtjes van het zelfst.nw en lidwoord kennen

- Je kent verbuigingsgroep 1 en 2

- Je weet dat er een derde groep is

- Je (her)kent de genitivus 

1. ἡ κόρη
2. ἡ ἀδελφή
3. ὁ ἀδελφός
4. τὸ τέκνον

1. ἡ κόρη
2. ἡ ἀδελφή
3. ὁ ἀδελφός
4. τὸ τέκνον

1. εἰς + acc.
2. οὕτω(ς)
3. τέλος
4. οὖν

1. ὁ δόλος
2. τὸ τέκνον
3. τέλος
4. ὁ θρόνος

Ἡ δ'Ἥρα τὸν υἱὸν τίκτει.

Bespreken huiswerk

Opdracht 1

a Mythisch omdat de berg beschouwd werd als woonplaats van de mythische goden.

b Niet mythisch omdat de berg echt bestaat.

Opdracht 2

a Als een mens zich gelijk acht aan de goden.

b Hybris wordt door de goden zwaar gestraft/ de goden worden boos/beledigd.

c De mensen worden zwaar gestraft en het loopt slecht met hen af.

d eigen verwerking

Bespreken huiswerk

Opdracht 3

a De mythe verklaart het geologisch verschijnsel van de opmerkelijke rotsformaties./De rotspunten zijn veroorzaakt door eeuwenlange wind- en watererosie, maar in de mythe worden de rotspunten gezien als de rotsen die de Titanen naar de goden gooiden.

b De strijd van de oude goden en de Titanen tegen de jonge goden.

c In deze kloosters kon men zich helemaal van de buitenwereld afzonderen. 

Bespreken huiswerk

Opdracht 4

a Het uiterlijk van een mens hebben.

b De goden lijken mensen met kleren aan, heren en baarden en zittend op stoelen.

c Ze zijn ongelukkig, maken ruzie, trouwen, nemen wraak. 

Dit weet je al

zelfstandig naamwoord: mens, dier, ding

in het Nederlands na de/het/een

naamval:

 nominativus: onderwerp of naamwoordelijk deel

 accusativus: lijdend voorwerp of als aanvulling

Verbuigingsgroepen bij Grieks

stam + uitgang

stam verandert niet

verbuigen: uitgang verandert wel

lidwoord congrueert

ἡ μάχ-η         ὁ θε-ός

τὴν μάχ-ην    τὸν θε-όν

accusativus enkelvoud

accusativus meervoud

nominativus meervoud

nominativus enkelvoud

ὁ θεός 

αἱ μάχαι 

τὰ τέκνα

τὴν μάχην 

De ρει-regel

Na een ρ, ε of ι komt in het Grieks nooit een η, maar een α. 

Het rechterrijtje is dus eigenlijk hetzelfde als het linkerrijtje. 

Verbuigingsgroep 3

• Vergelijkbaar met groep 3 bij Latijn:
  Groep 3a (mnl & vrl) en groep 3b (onz)
• Staan in de woordenlijst met een extra vorm achter de komma
  
• Bij Latijn: achter de komma staat de nominativus meervoud
  (rex, reges / nomen, nomina) 
• Bij Grieks: achter de komma staat de genitivus enkelvoud (ὁ ἡγεμών, ἡγεμόνος)

Genitivus

• Net als bij Latijn --> 2e naamval in het rijtje, onder nominativus 
• Functie: bijvoeglijke bepaling of als aanvulling
• Geeft aan van wie/wat het is, of waaruit het bestaat of deel van uit maakt
  
  Een broer van het meisje
  Een huis van steen
  Een deel van de stad 

Wat bedoelen we met "functie: aanvulling"?

Genitivus

ἀδελφός τῆς κόρης een broer van het meisje

τῆς κόρης ἀδελφός een broer van het meisje

ὁ τῆς κόρης ἀδελφός de broer van het meisje

De plaats van de bijvoeglijke bepaling kan verschillen.

Huiswerk do.dag

• Leren schema’s uitgangen thema 1 (lidwoord en zelfst.nw.) 
• Maken erga 1 en 2 (blz. 102-103).
  

- Je kent de cultuur van de Olympus
- Je snapt het verschil tussen nom en acc
- Je leert de rijtjes van het zelfst.nw en lidwoord kennen
- Je kent verbuigingsgroep 1 en 2
- Je weet dat er een derde groep is
- Je (her)kent de genitivus

😒🙁😐🙂😃