- Inademen, Sensoren in je bloed meten dat er een teveel aan koolstofdioxide in het bloed zit:
1. ribben gaan omhoog 2. middenrif wordt plat
3. borstholte wordt groter 4. longen worden groter
5. er stroomt lucht naar binnen
- Uitademen, Sensoren in je longblaasjes meten dat ze zijn uitgerekt:
1. ribben gaan naar beneden en het middenrif wordt bol 2. borstholte wordt kleiner 3. longen worden kleiner 4. lucht stroomt naar buiten