Groep 5 - Koningsdag

Koningsdag
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalBasisschoolGroep 5

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Koningsdag

Slide 1 - Tekstslide

timer
1:00
Koningsdag

Slide 2 - Woordweb

de koning
Op koningsdag (27 april) is koning Willem-Alexander jarig.

Hij wordt 58 jaar.

Slide 3 - Tekstslide

klik op de zin hierboven voor een filmpje

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Een land kan een monarchie zijn, een republiek of een dictatuur
  • Een monarchie heeft aan het hoofd van het land een koning/ koningin staan, die zich te houden heeft aan de grondwet.
  • Een republiek heeft geen koning of koningin. Het land kiest een president. 
  • Een dictatuur is een land waar één persoon of een kleine groep mensen het hele land leidt.

Slide 6 - Tekstslide

Nederland is een monarchie
We hebben een koning en een koningin

Willem- Alexander
Maxima
Tekst

Slide 7 - Tekstslide

Willem-Alexander is nu 12 jaar koning.

Hij volgde zijn moeder op: koningin Beatrix

1980
t2013

Slide 8 - Tekstslide

Willem-Alexander en Maxima hebben drie dochters
Ariane       Amalia       Alexia

Slide 9 - Tekstslide

Op koningsdag is er feest in Nederland
In alle steden zijn vrijmarkten

Slide 10 - Tekstslide

de koningsspelen
De koning wil graag dat kinderen:
- sporten               (koningsspelen)
- gezond eten     (koningsontbijt)
- plezier maken  (lied)

Daarom zijn de koningsspelen ontstaan. 

Slide 11 - Tekstslide

1. Wat is een monarchie?
A
Een monarchie is een land
B
Aan het hoofd van een monarchie staat een stadhouder
C
Bij een monarchie staan de burgers aan de macht
D
Aan het hoofd van het land staat een koning/ koningin die zich te houden heeft aan de grondwet

Slide 12 - Quizvraag

2. Hoe heet de koning?
A
Willem-Alexander
B
Alexander
C
Willem-Claus
D
Alexander-Willem

Slide 13 - Quizvraag

3. Is de koning de baas van Nederland?
A
nee
B
ja

Slide 14 - Quizvraag

4. Wat is GEEN taak van de koning?
A
Het ondertekenen van wetten
B
Het ontvangen van belangrijke gasten
C
Het voorzitterschap van de Raad van State
D
Het bedenken van regels en wetten

Slide 15 - Quizvraag

5. Hoe spreek je de koning aan?
A
Willem
B
Meneer
C
Koninklijke Heer
D
Majesteit

Slide 16 - Quizvraag

6. Hoe heet ons volkslied?
A
Wilhelmus
B
Oranje
C
Willempie
D
Nederland

Slide 17 - Quizvraag

7. Hoe heten de drie dochters van Willem-Alexander en koningin Maxima?
A
Alexandra, Adriana en Alicia
B
Beatrix, Victoria en Julia
C
Amalia, Alexia, en Ariane
D
Alexia, Wilhelmina en Eloise

Slide 18 - Quizvraag

8. Uit welk land komt koningin Máxima?
A
Brazilië
B
Argentinië
C
Mexico
D
Paraguay

Slide 19 - Quizvraag

9. Bij wie is Prinsessedag, Koninginnedag, Koningsdag begonnen?
A
Koningin Emma
B
Koningin Beatrix
C
Koningin Wilhelmina
D
Koning Willem I

Slide 20 - Quizvraag

10. Werd er in de Tweede Wereldoorlog koninginnedag gevierd?
A
ja
B
nee

Slide 21 - Quizvraag

11. Wie volgt Koning Willem-Alexander op als Koningin?
A
Alexia
B
Amalia
C
Ariane
D
Maxima

Slide 22 - Quizvraag

12. Wanneer is de koning jarig?
A
30 april
B
2 december
C
27 april
D
Op koninginnedag

Slide 23 - Quizvraag

13. Waarom is men begonnen met de Vrijmarkten op Koninginnedag?
A
De Koning vind handel belangrijk
B
Dan hebben mensen iets te doen op hun vrije dag.
C
Dan kunnen de winkels sluiten die dag.
D
Om zo minder plek voor protesten te hebben.

Slide 24 - Quizvraag

14. Waarom zijn er de koningsspelen?
De Koning vind het belangrijk dat kinderen:


A
sporten, plezier maken en gezond eten
B
dingen gaan doen, die niet mogen
C
gamen en bankhangen
D
de hele dag op hun telefoon zitten

Slide 25 - Quizvraag

15. Hoe wil de Koning het gezond eten stimuleren?
A
met de Koningspatat
B
met het Koningsdiner
C
met het Koningsontbijt
D
met de Koningssnack

Slide 26 - Quizvraag

16. Ga jij koningsdag vieren?
A
ja
B
nee

Slide 27 - Quizvraag