LSV jaar 3 Week nacionalidades

Week 39

- Je kent de belangrijkste nationaliteiten
- Je kunt informatie over eten vragen
- Je oefent met lezen en luisteren.



1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Week 39

- Je kent de belangrijkste nationaliteiten
- Je kunt informatie over eten vragen
- Je oefent met lezen en luisteren.



Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten

WB 15b (p44)*
Leestekst B *
Luisteropdracht B *

Lever de opdrachten met een * in op Teams vóór woensdag 9.00u


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nacionalidades
Dirk es holandés.
Lieke es holandesa.

Azziz es marroquí.
Mary es canadiense.

Wat valt je op?

Slide 3 - Tekstslide

kleine letters
soms m/v soms dezelfde vorm
Platos típicos - TB 9, p46
A. Koppel de gerechten aan de foto


timer
2:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

B. Benoem de voorgerechten
(tik het getal in)
timer
0:30

Slide 5 - Open vraag

1 - 2 - 4 - 10
B. Benoem de hoofdgerechten
(tik het getal in)
timer
0:30

Slide 6 - Open vraag

3 - 6 - 7 - 9
B. Benoem de nagerechten
(tik het getal in)
timer
0:30

Slide 7 - Open vraag

5 - 8
C. ¿Lleva huevo?
timer
0:30

Slide 8 - Open vraag

1 - 5 - 6
C. ¿Lleva tomate?
timer
0:30

Slide 9 - Open vraag

2 - 3 - 4 - 9 - 10
C. ¿Lleva leche?
timer
0:30

Slide 10 - Open vraag

5 - 8?
C. ¿Se come caliente?
timer
0:30

Slide 11 - Open vraag

1? - 3 - 5? - 6 - 7 - 9 - 10
C. ¿Se come frío/-a?
timer
0:30

Slide 12 - Open vraag

1? - 2 - 4 - 5? - 8
WB 14b - p44
Lees en kruis aan of de volgende zinnen waar (verdadero) of niet waar (falso) zijn.

Slide 13 - Tekstslide

3. No se toma en enero o febrero, sino se toma en julio y agosto.

4. No se toma caliente, se toma frío.

5. No lleva muchas verduras, solo tomata y ajo.
VERDADERO
FALSO
1. Es una especialidad mexicana.
2. Se toma de primer plato.
3. Se toma en enero o febrero.
4. Se toma caliente.
5. Lleva muchas verduras.
6. Los vegetarianos lo pueden comer.
7. Se come con jamón y huevo.

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

WB 15 p44
A. ¿De qué hablan?
Vul de teksten aan.

B. Schrijf nu zelf een korte omschrijving van 3-5 zinnen bij een 
     gerecht. Lever deze zinnen in in Teams
       
timer
1:00

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies