Ch 2 cours 2 Ados du monde 23 02 2024

BONJOUR V2A
Je vous souhaite la bienvenue
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

BONJOUR V2A
Je vous souhaite la bienvenue

Slide 1 - Tekstslide

Buts

Chapitre 2: 
  • je kan iets over jezelf vertellen
  • je kent de plaats van het bijvoeglijknaanwoord

Slide 2 - Tekstslide

Buts
- je sais comprendre une conversation sur "la famille"
- je sais apprendre "des mots" en utilisant  des images
- je sais "écouter" par un plan étape

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

écouter (bloc A)
intro: ex 4A (à deux)
après
4B ( en ligne)
5 t/m E

Slide 5 - Tekstslide

au travail (bloc A)
faire ex. 6 et 7
21 -10 : vocabulaire A (mots et phrases) l
23 -10  : bloc  D  
25 -10  : vocabulaire B (mots et phrases)

Slide 6 - Tekstslide

bloc D
révision  adjectif

Slide 7 - Tekstslide

Herhaling: bloc H
Hoe ging het ook alweer met het bijvoeglijk naamwoord?





Uitzonderingen: beau/belle, nouveau/nouvelle, vieux/vieille


man
vrouw
ev
-
-e
mv
-s
-es

Slide 8 - Tekstslide

Herhaling: bloc H
Uitzonderingen: beau/belle, nouveau/nouvelle, vieux/vieille


ml ev
vl ev
ml mv
vl mv
mooi
beau
belle
beaux
belles
nieuw
nouveau
nouvelle
nouveaux
nouvelles
oud
vieux
vieille
vieux
vieilles

Slide 9 - Tekstslide

Plaats: bijvoeglijk naamwoord
Voor het zelfstandig naawwoord:
  • bon - bonne - bons - bonnes      ( goed)           
  • grand - grande - grands - grandes ( groot)
  • petit - petite- petits - petites  (klein)
  • vieux - vieille - vieux - vieilles  (oud)
  • nouveau - nouvelle - nouveaux - nouvelles (nieuw)
  • beau - belle - beaux - belles (mooi)

Slide 10 - Tekstslide

une ........fille........ (intelligent)
les............chats........(schattig)

Slide 11 - Open vraag

une ..........dame ......... (oud)
nous avons trois.......lapins ......(klein)

Slide 12 - Open vraag

Zet het woord tussen haakjes in de goede vorm. Schrijf alleen dat woord op.
Ma soeur est _____ (petit)

Slide 13 - Open vraag

Zet het woord tussen haakjes in de goede vorm. Schrijf alleen dat woord op.
Les profs sont _____ (méchant)

Slide 14 - Open vraag

Zet het woord tussen haakjes in de goede vorm. Schrijf alleen dat woord op.
Les filles sont _____ (beau)

Slide 15 - Open vraag

Zet het woord tussen haakjes in de goede vorm. Schrijf alleen dat woord op.
Victor en Marc sont _____ (nouveau)

Slide 16 - Open vraag

Zet het woord tussen haakjes in de goede vorm. Schrijf alleen dat woord op.
la _____ (mauvais) note

Slide 17 - Open vraag

au travail (bloc A)
faire ex. 6 et 7
21 -10 : vocabulaire A (mots et phrases) l
23 -10  : bloc  D  
25 -10  : vocabulaire B (mots et phrases)

Slide 18 - Tekstslide

vendredi, 25 octobre
apprendre: vocabulaire B
apprendre : bloc D  - adjectif
pages 70, 72
16B, 17B + aant schrift
faire exercices;
10 A + B + C 

Slide 19 - Tekstslide