Woorden - H2.5 - les 2

Woorden - H2.5 - les 2
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Woorden - H2.5 - les 2

Slide 1 - Tekstslide

Woorden - Hoofdstuk 2.5
Doelen:  
Na deze les: 
- begrijp je de betekenis van 20 examenwoorden;
- leenwoorden uit andere talen gebruiken





Slide 2 - Tekstslide

stappenplan moeilijke woorden

Slide 3 - Tekstslide

Woordtrainer oefenen
Oefen met de examenwoorden uit hoofdstuk 2 via de woordtrainer in Talent

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de betekenis van 'zich iets realiseren'?
A
iets wat je goed kunt
B
last hebben van
C
beseffen, zich bewust worden van iets
D
de ingeving, het idee

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de betekenis van 'aanbevelingen doen'?
A
minder of kleiner worden
B
zeggen of opschrijven wat je het best kunt doen
C
zonder naam, onbekend
D
de uitspraak die niet bewezen is

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de betekenis van 'de onderbouwing'?
A
de redenen die je aanvoert om iets te bewijzen
B
elk detail willen kennen
C
meer of groter worden
D
de feiten die bekend zijn, de informatie

Slide 7 - Quizvraag

iets grondig uitzoeken
iemand die aan de universiteit een onderzoek doet
iets laten afdrukken en verspreiden of online zetten
iemand die veel weet van een bepaald onderwerp
de wetenschapper
de expert
iets tot op de bodem uitzoeken
publiceren

Slide 8 - Sleepvraag

aantonen dat iets juist is
de feiten die bekend zijn, de informatie
de uitspraak die niet bewezen is
de organisatie die onderzoek doet
meer of groter worden
de bewering
de gegevens
het onderzoeksinstituut
toenemen
het bewijs leveren

Slide 9 - Sleepvraag

Wat is de betekenis van 'voorleggen'?
A
iets aan iemand vertellen en een mening erover vragen
B
iets laten afdrukken en verspreiden of online zetten
C
vastleggen
D
iets grondig uitzoeken

Slide 10 - Quizvraag

Leenwoorden
Leenwoorden zijn woorden die  uit een andere taal komen
In het Nederlands kennen we veel leenwoorden:
- bureau (Frans)
- plastic (Engels)
- überhaupt (Duits)
- professor (Latijn)
- sultan (Arabisch)

Slide 11 - Tekstslide

Leenwoorden
Leenwoorden komen in een taal omdat ze niet te vertalen zijn of omdat ze iets unieks benoemen.
Soms vervangen leenwoorden een bestaand Nederlands woord.

Slide 12 - Tekstslide

Maken woorden 2.5  opdr. 15 t/m 18
timer
10:00
Klaar?
  • oefenen met woordentrainer
  • ander huiswerk

Slide 13 - Tekstslide