In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Goedemorgen!
Goed dat je er bent.
Leg je mobiel in de kluis.
Ga zitten op je plaats.
Tijdens het kijken naar het journaal mag je wat eten en drinken.
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
www.npostart.nl
Slide 3 - Link
Dagplanning
Pak je Chromebook uit de kast.
Opstarten LessonUp of Studiemeter
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
2e lesuur:
Slide 7 - Tekstslide
Persoonsvorm in samengestelde zinnen 2.
Het spellen van de persoonsvorm
Slide 8 - Tekstslide
apps.noordhoff.nl
Slide 9 - Link
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Klik het woord aan waaraan je kunt zien of je tegenwoordige- of verleden tijd moet gebruiken. * Nu is/was de winkel gesloten, maar over een uurtje gaat/ging hij open
Slide 12 - Open vraag
Kies de juiste persoonsvorm(en) * Nu is/was de winkel gesloten, maar over een uurtje gaat/ging hij open
Slide 13 - Open vraag
Voorbeeld
OW = Onderwerp
PV= Persoonsvorm
EV = Enkelvoud
MV= Meervoud
Kijk goed voor en na de komma!
Slide 14 - Tekstslide
Vroeger (typen – vt) leerlingen verslagen op een typmachine, omdat de pc toen nog niet (bestaan – vt). 1e OW? EV of MV?
Slide 15 - Open vraag
Vroeger (typen – vt) leerlingen verslagen op een typmachine, omdat de pc toen nog niet (bestaan – vt). 1e PV?
Slide 16 - Open vraag
Vroeger (typen – vt) leerlingen verslagen op een typmachine, omdat de pc toen nog niet (bestaan – vt). 2e OW? MV/EV?
Slide 17 - Open vraag
Vroeger (typen – vt) leerlingen verslagen op een typmachine, omdat de pc toen nog niet (bestaan – vt). 2e PV?