1.6 Piramide

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Hoofdstuk 1 Figuren

1.6 Piramide

Planning:

huiswerk bespreken en terug naar de vorige les

doelen

theorie A

aan de slag

check of de doelen gehaald zijn

Vragen huiswerk

???

Is dit een prisma?

1. Ja
2. Nee

Is dit een prisma?

1. JA
2. NEE

Dit is een prisma:

1. Waar
2. Niet waar

Van een prisma is het grondvlak een zevenhoek.
Hoeveel zijvlakken heeft dit prisma?

1. 16
2. 21
3. 14
4. 9

Is dit een prisma?

1. Ja
2. Nee
3. Geen idee

Dit is een prisma.
Hoeveel ribben heeft deze prisma?

1. 5
2. 6
3. 8
4. 9

Is dit een prisma?

1. ja
2. nee

Is dit een prisma?

1. ja
2. nee

Is dit een prisma?

1. ja
2. nee

Een prisma heeft:

1. Alleen platte vlakken
2. Alleen gebogen vlakken
3. Platte en gebogen vlakken

Wat zijn prisma's?

1. A, B en C
2. A en B
3. A en C
4. C en A

Is dit een prisma?

1. JA
2. NEE

Waar gaat de les over?

Deze les hoort bij 1.6 Piramide

• Theorie A: Piramide

Leerdoel:

Aan het eind van de les kun je een piramide herkennen en kun je het aantal zijvlakken, ribben en hoekpunten bepalen.

Piramide

Veel verschillende soorten piramides:

Onderdelen piramide

• Opstaande ribben.
• Opstaande zijvlakken.
• Top. 

Even oefenen!

Hierna komen 3 slides met een open vraag over de onderdelen van een piramide.

Vul alleen een getal in!

Hoeveel ribben heeft deze piramide?

Hoeveel zijvlakken heeft deze piramide?

Hoeveel hoekpunten heeft deze piramide?

Aantal ribben, zijvlakken en hoekpunten hangt 

af van de vorm van het grondvlak!

Video piramide

Uitslag piramide tekenen.

1) Teken eerst het grondvlak. 

Uitslag piramide tekenen.

1) Teken eerst het grondvlak.

2) Gebruik je passer om cirkels te maken met een straal van 3 cm. 

Uitslag piramide tekenen.

1) Teken eerst het grondvlak.

2) Gebruik je passer om cirkels te maken met een straal van 3 cm. 

3) Teken de punten waar de cirkels elkaar snijden. 

Uitslag piramide tekenen.

1) Teken eerst het grondvlak.

2) Gebruik je passer om cirkels te maken met een straal van 3 cm. 

3) Teken de punten waar de cirkels elkaar snijden. 

4) Verbind de snijpunten met de hoekpunten van het grondvlak zodat er driehoeken ontstaan. Benoem de toppen van de driehoeken. 

Hoe ging het?

Ik vind het lastig. Ik wil extra instructie.

Ik weet het niet zeker, maar ik ga het eerst zelf proberen.

Ik snap het en kan zelfstandig aan het werk.

Doel gehaald?

Leerdoel:

Aan het eind van de les kun je een piramide herkennen en kun je het aantal zijvlakken, ribben en hoekpunten bepalen.