In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Wat hoort niet in het rijtje?
A
Brazilie
B
Rusland
C
Italie
D
China
Slide 1 - Quizvraag
Wat betekent de afkorting MNO? (2 woorden)
Slide 2 - Open vraag
Waarom hebben veel MNO's de productie van industriegoederen verplaatst van Westerse landen (centrumlanden) naar opkomende en ontwikkelingslanden (semiperiferie, periferie)
Slide 3 - Open vraag
Doordat de productieketen van goederen wordt opgedeeld neemt de wereldhandel sterk af
A
Waar
B
Niet waar
Slide 4 - Quizvraag
Door de WTO verdwijnen handelsgrenzen steeds meer
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quizvraag
In veel Aziatische landen groeit de afzetmarkt
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quizvraag
Chinese producten kunnen kopen in Nederland is een voorbeeld van globalisering
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Bij de global shift verschuift het economisch zwaartepunt van de opkomende landen naar de rijke westerse landen
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quizvraag
Rond welk jaar ontstond het handelskolonialisme?
A
1400
B
1500
C
1600
D
1700
Slide 9 - Quizvraag
Rond 1800 ontstond het industrieel kolonialisme. Wat was het belangrijkste doel van de moederlanden?
Slide 10 - Open vraag
Welke 3 blokken (groepen landen) kreeg je in de tijd van dekolonisatie en koude oorlog (1945-1990)?
Slide 11 - Open vraag
In welke economische periode leven we nu?
A
Dekolonisatie
B
Industrieel kolonialisme
C
Handelskolonialisme
D
Vrijemarkteconomie
Slide 12 - Quizvraag
Vrijhandel heeft veel voordelen, maar ook nadelen. Wat is het belangrijkste nadeel?
Slide 13 - Open vraag
Hoe noem je de stippen waar de lijn van deze lijngrafiek doorheen loopt?