Begrippen Mens & Zorg blok 5

Begrippen Mens & Zorg
Dit is een Quiz over de begrippen van blok 5.

Maak de quiz, en schrijf gelijk alle goede antwoorden op in je aantekenschrift 
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
Gezondheidzorg & WelzijnVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Begrippen Mens & Zorg
Dit is een Quiz over de begrippen van blok 5.

Maak de quiz, en schrijf gelijk alle goede antwoorden op in je aantekenschrift 

Slide 1 - Tekstslide

Acute blessure
A
Blessure die heel kort is
B
Blessure die heel lang is
C
Blessure die niet gelijk aanwezig is
D
Blessure die plotseling ontstaat

Slide 2 - Quizvraag

Chronische blessure
A
Korte blessure
B
Tijdelijke blessure
C
Blessure die langdurig bestaat
D
Blessure die plotseling ontstaat

Slide 3 - Quizvraag

Kneuzing
A
Ontstaat door een stomp of val
B
Dan heb je iets gebroken
C
Dan heb je een wond
D
Doet geen pijn

Slide 4 - Quizvraag

Botbreuk
A
Dan heb je iets gekneusd
B
Het bot in je lichaam is gedeeltelijk of helemaal gebroken
C
Dan heb je een wond
D
Het doet veel pijn

Slide 5 - Quizvraag

Open botbreuk
A
Bot is gebroken en de huid is beschadigd
B
Je hebt niks gebroken en de huid is kapot
C
Bot is gebroken en de huid is heel
D
Je bot is niet gebroken en de huid is heel

Slide 6 - Quizvraag

Ontwrichting
A
De kop zit nog in de kom
B
De kop is uit de kom
C
Alles is intact
D
Je hebt iets gebroken

Slide 7 - Quizvraag

BHV
A
Bedrijfshulpverlening
B
Hulpverlening bedrijf
C
Het bedrijf runnen
D
Omgaan met situaties

Slide 8 - Quizvraag

RI&E
A
Risico Inventarisatie & Evaluatie
B
Recht Inkomen & Evaluatie
C
Rood Ivoor & Ecru
D
Roze is & echt

Slide 9 - Quizvraag

EHBO
A
Eerste hulp bij ons
B
Eerste hulp bij ongevallen
C
Eerste hulp bij ongelukken
D
Eerst hulp bij onderwijs

Slide 10 - Quizvraag

Restrisico's
A
Risico's die niet aanwezig zijn
B
Risico's die erg zijn
C
Risico's voorkomen
D
Risico's die niet te voorkomen zijn

Slide 11 - Quizvraag

AED
A
Geeft shocks bij iemand met een hartstilstand
B
Geeft geen shock
C
Helpt je bij reanimatie door te zeggen wat je moet doen
D
Hebben alleen ambulances

Slide 12 - Quizvraag